Waar je vroeger qua elektrische auto’s eigenlijk alleen kon kiezen in welke kleur je je Tesla Model S wilde hebben, is dat inmiddels wel anders. Praktisch alle autofabrikanten hebben tegenwoordig wel een elektrische auto in het gamma. Maar welke nieuwe elektrische auto’s komen er in 2020 op de markt?
Sportieve sedans, goedkope stadsautootjes, flinke SUV’s, hippe crossovers… In praktisch ieder segment is er wel een elektrische auto te koop. In dit artikel behandelen we alle elektrische auto’s die in 2020 uit gaan komen, of dit jaar voor het eerst op de markt zijn verschenen. Oudere auto’s die al jaren te koop zijn, ga je hier dus niet aantreffen. Dit overzicht willen wij altijd zo up-to-date mogelijk houden, het kan dus geen kwaad om over een paar maanden weer op deze pagina te klikken. Deze lijst is zoveel mogelijk alfabetisch: lekker overzichtelijk dus.
Wel één noot voor we aan deze lijst beginnen. Wat we hier bespreken, is namelijk voor een deel toekomstmuziek. Nu kunnen autofabrikanten altijd besluiten om de uitgave van elektrische auto’s anders in te plannen, maar in 2020 is deze kans wel héél groot. Het coronavirus heeft immers een enorme impact (gehad) op de hele wereld. Allerlei productieketens zijn in de soep gelopen en fabrieken zijn dagen- of soms wekenlang gesloten. Het kan daardoor zomaar zijn dat een autofabrikant besluit de introductie van een auto uit te stellen. Mochten wij dat horen, dan passen wij dit bericht natuurlijk aan. Maar wees voorbereid op de kans dat een auto makkelijk een maand of twee later bij de dealer kan verschijnen.
Inhoudsopgave
- Aiways U5
- Audi e-tron Sportback
- Audi e-tron S
- BMW iX3
- DS 3 Crossback E-Tense
- Fiat 500e
- Ford Mustang Mach-E
- Honda-e
- Lexus UX 300e
- Mazda MX-30
- Mini Cooper SE
- Opel Corsa-e
- Peugeot e-208
- Peugeot e-2008
- Polestar 2
- Porsche Taycan
- Renault Twingo ZE
- Seat el-Born
- Seat Mii Electric/Škoda CITIGOe iV/Volkswagen e-up!
- Smart ForFour/Smart ForTwo/Smart ForTwo Cabrio
- Tesla Model Y
- Volkswagen ID.3
- Volvo XC40 Recharge
- Conclusie
Aiways U5
Van alle elektrische auto’s die in 2020 uit gaan komen, komt de Aiways U5 het eerste in het alfabet voor. En dit is een nogal vreemde auto om het spits mee af te bijten. De auto is namelijk praktisch klaar – hij had in april op de markt moeten komen – maar er zijn een paar cruciale details die we nog steeds niet weten. Maar laten we beginnen met wat we wél weten. Deze Chinese, elektrische crossover moet nu in augustus verkrijgbaar zijn. Niet te koop, dat kan namelijk pas later. Nee, Aiways wil namelijk beginnen met het aanbieden van de auto in een leaseconstructie. Hoeveel dat gaat kosten? Dat is zo’n cruciaal detail dat we nog niet weten.
Aiways heeft al wel laten weten dat de U5 een voorwiel aangedreven crossover/SUV is met een 63 kWh-accu. De actieradius kennen we alleen via de NEDC-norm, die 503 kilometer bedraagt. Neem maar aan dat de WLTP-actieradius lager zal liggen. De enkele motor levert 197 pk en 315 Nm. De auto kan snelladen, met welke techniek is niet duidelijk. Wel moet de Aiways binnen 27 minuten van 30% naar 80% kunnen opladen.
Audi e-tron Sportback
Over de Audi e-tron weten we een stuk meer. Nee klopt, dit is inderdaad geen nieuwe auto. Maar deze krijgt er dit jaar wel twee nieuwe modellen bij, namelijk de Sportback en de S. Eerstgenoemde is een ‘coupé-SUV-versie’ van de e-tron. Dit betekent minder ruimte aan de binnenkant van de auto. Vooral op de achterbank en in de kofferbak ga je dit merken. Het betekent echter tegelijkertijd ook dat je langer door kunt rijden op een acculading. Deze Sportback is namelijk aerodynamisch sterker dan de reguliere e-tron. Mocht het je iets zeggen: de Sportback heeft een Cw-waarde van 0,25, waar de reguliere e-tron een waarde heeft van 0,27.
De Audi e-tron Sportback is nu leverbaar in twee smaakjes. De Audi e-tron Sportback 50 quattro is de goedkoopste en kost 63.550 euro. Daarvoor krijg je een 71 kWh-accupakket, die twee elektromotoren van energie voorziet. Deze e-tron heeft een maximaal vermogen van 313 pk en een maximaal koppel van 540 Nm. Daarmee versnelt hij in 6,8 seconden naar de 100 km/u, de top ligt op 190 km/u. De Audi e-tron Sportback 50 heeft een WLTP-actieradius van 347 kilometer en is met maximaal 120 kW te snelladen. Daarmee is tachtig procent van de accu op te laden in een half uur tijd.
Het duurdere broertje is de Audi e-tron Sportback 55 quattro. Deze heeft een grotere accucapaciteit van 95 kWh, waarmee de actieradius ook groter is: 446 kilometer volgens de WLTP-norm. De motoren zijn ook groter, waardoor deze e-tron maximaal 360 pk en 561 Nm naar alle vier de wielen stuurt. De honderd km/u is daarmee in 6,6 seconden bereikt, de top is 200 km/u. Snelladen kan bij deze e-tron met 150 kW, waardoor deze grotere accu ook binnen een half uur tijd voor tachtig procent is opgeladen. Deze overtreffende e-tron is uiteraard iets duurder en kost 81.250 euro.
Audi e-tron S
De Audi e-tron S behandelen we ná de Sportback, ook al dicteren de regels van het alfabet dat we het andersom doen. Over de S weten we vooralsnog minder dan over de Sportback, daarom dat we er voor kiezen om deze even om te wisselen. Wat we wél weten: de S-versie gaat meer zijn dan alleen een bodykit en een paar S-emblemen.
Neem de elektromotoren. In de reguliere Audi e-tron 55 zijn het er twee. De grote motor die de achteras aandrijft, verschuift Audi voor de S-versie naar de vooras. Deze motor is goed voor 204 pk (in boostmodus). Op de achteras krijgt het S-model er twee elektromotoren bij. Dat is er dus eentje per achterwiel!
Samen zijn die twee achterste motoren goed voor 267 pk, of 359 pk in boostmodus. Deze kunnen ook afzonderlijk van elkaar worden aangestuurd, wat goed is voor het betere bochtenwerk. In principe is deze e-tron S achterwielaangedreven. Maar als de bestuurder het ‘gaspedaal’ flink intrapt of wanneer het gripniveau te laag wordt, grijpt de voorste motor in.
In totaal heeft deze Audi e-tron S 503 pk en 973 Nm, mits je in boostmodus rijdt. Daarmee haal je de 100 km/u in 4,5 seconden, om door te versnellen naar een begrensde top van 210 km/u. In de reguliere ‘D-stand’ bedraagt de power 435 pk en 880 Nm. De zeven rijmodi beïnvloeden daarnaast de standaard adaptieve luchtvering, die de hoogte van de auto met 76 mm kan laten variëren. Tijdens een rappe rit wordt de carrosserie bijvoorbeeld verlaagd met 26 mm.
Wat voor accupakket de snelle Audi krijgt is nog niet bekend, de actieradius en prijs evenmin. Vanaf mei moeten deze te bestellen zijn, eind deze zomer staan ze bij de dealer. De Audi e-tron S wordt gemaakt in zowel SUV-vorm als Sportback-‘coupé-SUV’. Ter vergelijking: De Audi e-tron 55 quattro kost 78.850 euro en heeft een 95 kWh-accu die een actieradius van 401 kilometer geeft. De Audi e-tron 55 Sportback kost 81.250 euro en kan 446 kilometer rijden met hetzelfde accupakket.
BMW iX3
Waar de Duitsers er met de i3 nog vrij vroeg bij waren, stellen ze met de introductie van hun SUV juist wat teleur. Mercedes en Audi hebben er immers al eentje rondrijden, concurrenten uit andere landen ook. Dit jaar moet BMW ook mee gaan doen aan dit populaire segment, met de iX3. Om te beginnen met wat we niet weten op dit moment: de prijs en precieze levertijd.
Er zijn echter een aantal belangrijke details die we wél weten. Om te beginnen met de leukere info: de kracht. De enkele elektrische motor van de iX3 geeft 286 pk en 400 Nm. Deze stuurt de kracht naar de achterwielen. De accucapaciteit bedraagt 74 kWh. Let op: dit is de bruto-capaciteit. Een lithium-ion-accu zoals gebruikt in elektrische auto’s benut nooit de volledige bruto-capaciteit, waarom dat zo is lees je in ons artikel over de accu van een elektrische auto.
Met die accu moet de WLTP-radius neerkomen op ‘ruim’ 440 kilometer. Het energieverbruik gaat volgens BMW minder dan 20 kWh per 100 kilometer zijn. De iX3 gaat ondersteuning krijgen voor 150 kW-snelladers. Daarmee moet de auto binnen een half uur ‘volledig opgeladen’ zijn.
BMW gaat de iX3 bouwen in een fabriek in China. Deze fabriek start in 2020 met het maken van elektrische auto’s. Vermoedelijk komt de auto dit jaar nog naar Nederland, daarom staat deze SUV in dit overzicht.
DS 3 Crossback E-Tense
Wie liever een iets meer premium PSA-auto wil, moet naar deze DS 3 Crossback E-Tense kijken. DS levert de crossover namelijk met benzine- en dieselmotoren, maar ook als EV. Deze elektrische versie is natuurlijk wel wat duurder dan de DS 3 met verbrandingsmotor, al is het beeld wel wat vertekenend.
De goedkoopste DS 3 kost namelijk 30.590 en heet de Chic-uitvoering. In die uitvoering is er alleen geen elektrische motor mogelijk. Elektrische modellen zijn alleen beschikbaar in de hogere uitvoeringen, waarbij je voor de benzinevariant minimaal 34.090 euro neer moet tellen. De elektrische uitvoering daarvan kost weer 43.290 euro.
De elektrische DS kost dus ruim negenduizend euro meer. En wat krijg je daar dan voor? Een 50 kWh-accu die een 136 pk/260 Nm-motor van energie voorziet. Daarmee krijgt de DS 3 E-Tense een WLTP-actieradius van 320 kilometer. Snelladen naar 80 procent lukt in dertig minuten via een 100 kW-aansluiting. Met een accu die 80 procent vol is kan je 250 WLTP-kilometer rijden. Wanneer je thuis laadt via een 11 kW-aansluiting gaat het vijf uur duren voor de accu vol is.
Bovenstaande cijfers ga je in later in dit artikel overigens grotendeels opnieuw zien. De DS 3 is namelijk het duurdere zustermodel van de Opel Corsa-e en de Peugeot e-208. Benieuwd hoe de elektrische DS 3 rijdt? Lees dan onze rijtest, waarbij Casper in Parijs mocht rondrijden. De DS 3 Crossback E-Tense wordt in het tweede kwartaal van dit jaar verwacht.
Fiat 500e
Het juiste gebruik van hoofdletters kan veel uitmaken. De Fiat 500E is de eerste elektrische 500, die Fiat voor een paar staten in de Verenigde Staten maakte. De autofabrikant moest namelijk aan bepaalde uitstootnormen zien te voldoen. Het is maar te hopen dat Fiat er niet veel van verkocht: op iedere auto maakten ze namelijk een flink verlies.
De Fiat 500e (kleine letter!) is een totaal andere auto en hoort bij de elektrische auto’s van 2020. Qua uiterlijk lijkt dit model nog op de 500E, al is de 500e duidelijk een evolutie van de voorgaande Italiaanse hatchbacks. Deze kleine elektrische auto heeft een 42 kWh-accu, waarmee een WLTP-bereik van 320 kilometer wordt geclaimd. Die accu kan overweg met 85 kW-snelladen, waarmee de auto van ‘bijna leeg’ naar 85% in 25 minuten kan worden geladen.
De accu voorziet een 119 pk sterke elektromotor van energie. Het koppel noemt Fiat nog even niet. Met die motor accelereert de Fiat van nul naar honderd km/u in 9 seconden. De topsnelheid bedraagt 150 km/u. De elektrische Fiat kan nu besteld worden voor 38.900 euro, leveringen starten in oktober. Het gaat hier wel om een 500e in speciale uitvoering, vermoedelijk komen er straks ook goedkopere modellen aan. Hier heeft Fiat echter nog niets officieels over laten horen.
Ford Mustang Mach-E
Ah, de Ford Mustang Mach-E, echt een auto die autoliefhebbers in twee groepen verscheurt. Of je houdt ervan, of je vindt het helemaal niks. En dat terwijl nog niemand er in heeft gereden. Dit komt natuurlijk door de naam; dat Ford hiermee wil meeliften op het succes van de oer-muscle car is duidelijk.
De elektrische SUV is leverbaar in verschillende uitvoeringen. Je kan kiezen uit de accucapaciteit – 75,7 kWh of 98,8 kWh – en of je aandrijving op alle wielen wil, of slechts de achterste. De maximale WLTP-radius is 600 kilometer. De leukste versie is de Mustang GT. Nee, dit is geen GT-auto als een Aston Martin DB11, maar ‘slechts’ een leukere versie van de SUV. Je krijgt hierbij 465 pk en 830 Nm, waardoor de Mustang binnen 5 seconden op de 100 km/u zit.
De accu van de Mustang krijgt ondersteuning voor 150 kW-snelladen, waarmee je maximaal 93 kilometer per tien minuten laadtijd kunt ‘tanken’. In 38 minuten moet je de Mustang Mach-E van 10 naar 80 procent kunnen opladen, al is het niet duidelijk over welk accupakket dit gaat.
De goedkoopste Mach-e krijgt een WLTP-radius van 450 kilometer en kost 49.925 euro. Deze heeft een elektromotor op de achteras die 258 pk en 415 Nm levert. Nul naar honderd km/u moet binnen acht seconden klaar zijn. De eerste Nederlandse leveringen starten pas in het vierde kwartaal van 2020.
Honda-e
Als je graag een snoezig elektrisch autootje wil, is deze Honda e een goede kanshebber. Je moet er alleen niet veel mee willen rijden, want de actieradius van 220 kilometer is een beetje matig. Vooral als je kijkt naar de prijs van 34.500 euro. Honda zegt zelf dat de e kwalitatief hoogstaand is en ook veel opties standaard meekrijgt. Denk aan ledverlichting, stoelverwarming en cameraspiegels.
Valt er dan nog wel iets te kiezen, bij het bestellen van je e? Jazeker, naast een leuke verzameling kleurtjes, ook de motorisering. De basisversie krijgt namelijk een 136 pk motor mee, maar dit is te verhogen naar 154 pk. Het koppel is maximaal 315 Nm. Snelladen kan de e ook, in ongeveer een halfuur tijd moet de accu voor 80 procent zijn opgeladen. Nul naar honderd km/u is binnen acht seconden klaar, vermoedelijk is dit met de sterkere motor. De Honda e wordt in september 2020 verwacht.
Lexus UX 300e
Dit is hem dan, de eerste elektrische auto van Lexus. Niet dat het aan de buitenkant te zien is. Normaliter zorgen autofabrikanten ervoor dat hun elektrische auto’s er in 2020 anders uitzien dan de varianten met een verbrandingsmotor. Het voornaamste verschil is de grille, neem bijvoorbeeld de Hyundai Kona. Lexus pakt dat – net als Audi – kennelijk anders aan. Een flinke grill hoort immers bij een Lexus – zo blijkt – dus gooien ze ook maar zo’n grille op een elektrische auto.
Maar wat krijg je – naast een flinke grille – bij deze Lexus UX 300e? Laten we beginnen bij de accupakket: die heeft een capaciteit van 54,3 kWh. Die levert energie aan een 204 pk-sterke motor. De actieradius is tussen de 300 en 400 kilometer. Daar zit redelijk wat verschil tussen, dat klopt. Lexus ‘streeft naar meer dan 300 kilometer op basis van de WLTP-norm’, volgens de NEDC-norm kan de auto EV 400 kilometer rijden.
De elektrische Lexus gaat van nul naar honderd km/u in 7,5 seconden en heeft een top van 160 km/u. De UX 300e is nu te bestellen voor 49.990 euro. Je moet dan nog wel even wachten tot je de Lexus te zien krijgt; pas deze zomer rijdt het op de Nederlandse wegen.
Mazda MX-30
Mazda doet met de MX-30 een beetje hetzelfde als wat Ford met de Mustang Mach-E doet: het hergebruiken van een populaire naam. De combinatie van Mazda en MX kennen we immers vooral van de Mazda MX-5. Ja, Mazda heeft de MX-naam wel eerder gebruikt voor concept-SUV’s en dergelijken. Maar de autofabrikant heeft nooit zo’n auto met de MX-naam op de markt gezet. Tot deze crossover, dan.
Opvallend aan de auto is de range voor het formaat. Het is immers een crossover, dus zou je verwachten dat Mazda er wel een leuke hoeveelheid accucellen in heeft kunnen proppen. Hier valt het echter een beetje tegen. De accu heeft een capaciteit van 35,5 kWh, waardoor de actieradius neerkomt op 200 WLTP-kilometers. Crossovers worden altijd verkocht alsof ze voor mensen zijn met avontuurlijke levensstijlen. Daarom is het lichtelijk ironisch dat een ‘avontuurlijke auto’ een vrij beperkende actieradius krijgt.
Over naar de rest van de specs: de elektromotor heeft 143 pk en 265 Nm. Snelladen kan met maximaal 50 kW. Hoe snel de auto dan is volgeladen, is niet bekend. Net als de Honda krijgt deze Mazda wel veel standaard snufjes mee, zoals LED-koplampen, parkeersensoren, elektrisch bedienbare voorstoelen en een achteruitrijcamera. De Mazda MX-30 is nu te bestellen voor 33.390 euro, ergens dit jaar moet de elektrische Japanner bij de dealers staan.
Mini Cooper SE
Hou die actieradius en grootte van de MX-30 nog even vast. Tweehonderd kilometers in een crossover. Hoeveel weet Mini dan uit de Cooper SE te porren? Honderdtachtig? Neen, 232. Ja, deze hatchback kan verder rijden dan de crossover van Mazda. En dat met een kleinere accu ook nog, deze Mini komt namelijk met een 32,6 kWh-accu. De elektromotor is ook nog eens pittiger, met 184 pk en 270 Nm.
Er is alleen wel een klein nadeel: van deze twee auto’s is de elektrische Mini in 2020 het duurst. De Brits-Duitse auto is namelijk nu te koop voor 34.900 euro. Daarvoor krijg je – naast een kleinere auto – ook nog eens minder deuren. De Mini is namelijk ‘slechts’ een driedeursauto.
Deze driedeurs kan nul naar honderd km/u rijden in 7,3 seconden en blijft door versnellen naar een top van 150 km/u. De auto kan tot slot snelladen met maximaal 50 kW, daarmee is de accu in 35 minuten tot 80 procent opgeladen. Laden met een 11 kW-aansluiting duurt 2,5 uur tot 80 procent en 3,5 uur tot 100 procent. Benieuwd naar hoe de Mini Cooper SE rijdt? Lees dan onze rijtest over de elektrische Mini.
Opel Corsa-e
We blijven even bij de Europese, elektrische hatchbacks. In het eerste kwartaal van dit jaar is de Opel Corsa-e namelijk naar Nederland gekomen. Deze Duitser is iets goedkoper dan de Britse Mini, de Opel is nu te koop voor 30.499 euro. Daarvoor krijg je een vijfdeurs hatchback met een 50 kWh-accu. Een grotere accu dan in de Mini dus. Het is daarom geen wonder dat de rijbereik ook een stuk verder is: 330 WLTP-kilometers.
De elektrische Corsa heeft – net als de zustermodellen DS 3 Crossback en Peugeot e-208 – een enkele elektromotor die 136 pk en 260 Nm naar de voorwielen stuurt. Daarmee sprint de Opel in 8,1 seconden naar de 100 km/u en kan het maximaal 150 km/u rijden. De auto kan snelladen met maximaal 100 kW, waarna de accu binnen een half uur voor tachtig procent is opgeladen. De instap-Corsa-e wordt met een 7,4 kW-1-fase-lader geleverd, voor de 11 kW-3-fase-lader moet duizend euro extra worden betaald.
Peugeot e-208
Alfabetisch gezien gaan we hier een klein beetje de mist in; eigenlijk zou de e-2008 hier moeten staan. Maar de e-208 is plat gezegd de Corsa-e met een ander snoetje, daarom dat we deze twee elektrische auto’s die in 2020 op de markt verschijnen bij elkaar behandelen. Laten we beginnen met de prijs: de Fransoos is ietsjes duurder dan de Corsa. De instap-e-208 kost namelijk 34.900 euro.
En wat krijg je daarvoor? Nou, eigenlijk kan je daarvoor net zo goed de stukjes bij de Corsa-e en de DS 3 Crossback lezen. Want ook deze vijfdeurs hatchback krijgt een 50 kWh-accu, die een elektromotor met 136 pk en 260 Nm van energie voorziet. Nul-naar-honderd duurt 8,1 seconden en de top is begrensd op de 150 km/u. Maar laten we niet vergeten dat de Peugeot 208 ook nog eens de Auto van het Jaar 2020 is.
We zien wél verschillen in de actieradius. De e-208 kan namelijk maar liefst tien kilometer verder rijden dan de Corsa, en heeft dus een actieradius van 340 WLTP-kilometers. Waar dit door komt? Denk aan een combinatie van aerodynamische en gewichtstechnische verschillen.
Voor de herhaling nog even de snellaadtijd: via een 100 kW-verbinding is de accu in dertig minuten tot tachtig procent op te laden. Het volledig opladen van de accu met een 11 kW-drie-fase-lader duurt in de e-208 5 uur en 15 minuten. De Peugeot e-208 is leverbaar vanaf maart 2020. Benieuwd hoe de elektrische Peugeot rijdt? Lees dan onze rijtest.
Peugeot e-2008
Zoals beloofd, hier is de grotere Peugeot. De e-2008 is in feite een e-208, maar dan voor iemand die graag wat hoger zit en liever een minder grote actieradius heeft. De WLTP-actieradius van deze crossover is namelijk 320 kilometer, twintig kilometer minder dan de Franse hatchback. De e-2008 is nu te bestellen voor 40.930 euro en wordt geleverd ‘in de loop van 2020′. Onderhuids is de auto hetzelfde als twee andere elektrische auto’s die PSA in 2020 op de markt gaat brengen: de e-208 en de Corsa-e.
Polestar 2
Een slagje groter dan de e-2008, is de Polestar 2. Het is de eerste volledig elektrische auto van Polestar. De productie van deze EV is in maart gestart, in juli moeten deze op Europese wegen gaan rijden. Deze fastback heeft een 78 kWh-accu die energie stuurt naar twee motoren op allebei de assen. Jawel, deze Polestar 2 heeft dus vierwielaandrijving. In totaal heeft de Poolster 408 pk en 660 Nm tot haar beschikking.
De Polestar 2 kan in 4,7 seconden versnellen naar 100 km/u en heeft een topsnelheid van 225 km/u. Het bedrijfsonderdeel van Volvo/Geely mikt op een WLTP-actieradius van zo’n 450 kilometer en een energieverbruik van rond de 202 Wh per kilometer. De prijs staat al wel vast: die is 59.800 euro. Details over het laden zijn nog niet bekend, wel krijgt de Polestar 2 beschikking over snelladen tot 150 kW.
Porsche Taycan
Dit is van alle elektrische auto’s die in 2020 op grote schaal worden geproduceerd. waarschijnlijk de duurste. Al zou de prijs van de Audi e-tron S in de buurt kunnen komen. De goedkoopste Porsche Taycan kost namelijk op moment van schrijven 109.900 euro. En deze Taycan is typisch Porsche; er komt dus een hele lading aan modellen aan, die een kort overzicht lekker onoverzichtelijk maakt.
Op dit moment zijn er drie Porsche Taycan’s beschikbaar. Je hebt de 4S, de Turbo en de Turbo S. De instapprijzen lopen uiteen van 109.900 euro tot 191.000 euro. Nogmaals: de Taycan is een typische Porsche, deze prijzen kan je dus flink laten oplopen, als je iets te enthousiast met de optielijst tekeer gaat.
Om te beginnen met de instapper. De 4S krijgt een 79,2 kWh-accu, die twee elektromotoren (iedere as één) van energie voorziet. Leuk detail: de achteras heeft een tweetraps-automaat. Een elektrische auto met meerdere voorwaartse versnellingen zie je niet zo vaak. De Taycan 4S heeft een systeemvermogen van 530 pk en 640 Nm. Nul naar honderd km/u is in de Taycan geklaard in 4 seconden, de top bedraagt 250 km/u. Misschien wel het belangrijkste detail bij een EV is de actieradius: die is standaard 407 kilometer. Qua snelladen kan de simpelste 4S gaan tot 225 kW, al is 270 kW ook mogelijk.
Het huidige topmodel in de range is de Taycan Turbo S. Deze heeft een grotere accu – 93,4 kWh en heeft een iets langere actieradius met 412 WLTP-kilometers. Maar dat is natuurlijk niet waarom je de Turbo S koopt. Nee, die kies je vanwege de keiharde specs. Zoals 761 pk, 1050 Nm, de nul-naar-honderd in 2,8 seconden. Hou je je voet op het ‘gaspedaal’, dan is zeven seconden later de 200 km/u zelfs bereikt. De topsnelheid is ook iets groter, met 260 km/u.
En als je klaar bent met flink vlammen, wil je natuurlijk ook weer op kunnen laden. Dat kan thuis met maximaal 11 kW, of bij een snellader van maximaal 270 kW. Dit laadvermogen is hoog, geen enkele andere auto die nu te koop is evenaart dit. Dat heeft als keerzijde dat deze snelle laadtechniek nog lang niet overal verkrijgbaar is. Maar daarmee is deze Porsche wel future proof. Met die 270 kW-aansluiting is de Taycan overigens van 5 naar 80% op te laden in 22,5 minuten. Maar wil je weten hoe deze top-Taycan in de praktijk is? Lees dan onze rijtest.
Renault Twingo ZE
Van een flinke Duitser die de hele dag kilometers kan vreten, naar een kleine Fransoos die een wat kleiner bereik heeft. Deze Renault Twingo Z.E. heeft namelijk een 22 kWh-accu waarmee de WLTP-radius op 180 kilometers ligt. Daarmee heeft deze hatchback een vrij kleine actieradius. Is dat een probleem? Renault zelf claimt van niet. De gemiddelde Twingo-rijder zou namelijk maar zo’n 25 tot 30 kilometer per dag afleggen.
Die kleine accu kan in dat geval juist een voordeel zijn. Het produceren van accucellen is immers duur, een kleinere batterij betekent dus een lagere prijs. De Twingo Z.E. moet dus goedkoop zijn, toch? Nou, dat weten we nog niet. Renault heeft namelijk nog niks laten horen over prijzen. Eind 2020 komt de Franse auto op de markt, later dit jaar zullen we dus meer over deze Renault horen.
Wat we wel weten: voor de motorisering gebruikt Renault dezelfde spulletjes als die in de ZOE worden gebruikt. Daarmee heeft deze Renault een elektromotor die 82 pk en 160 Nm levert. De Twingo Z.E. haalt de 50 km/u in 4,2 seconden en heeft een topsnelheid van 135 km/u. De maximale laadsnelheid van de Twingo is ‘slechts’ 22 kW. Daarmee moet je in een half uur laadtijd tachtig kilometer kunnen rijden.
Seat el-Born
Zie hier de Seat-versie van de Volkswagen ID.3. Of beter gezegd, zie hier een auto die daar op gaat lijken. De foto die je hierboven ziet is namelijk een conceptversie van de Seat el-Born. Deze el-Born komt na de ID.3 in productie en is gebaseerd op deze hatchback.
Wat de verschillen precies gaan zijn is nog niet duidelijk, wel weten we dat het een 62 kWh-accupakket krijgt die is gekoppeld aan een 204 pk-elektromotor. Daarmee moet de auto 420 WLTP-kilometers kunnen rijden en gaat de EV in 7,5 seconden naar de 100 km/u. Later dit jaar moet de auto te koop zijn, tegen die tijd zullen we meer horen (en zien) van deze Spaanse EV.
Seat Mii Electric/Škoda CITIGOe iV/Volkswagen e-up!
De Seat el-Born behandelden we nog apart van de Volkswagen ID.3, omdat deze Spanjaard een paar kleine verschillen zal kennen van de Duitse ID.3. Het trio van de Seat Mii Electric, Škoda CITIGOe iV en Volkswagen e-up! is echter praktisch identiek. Daarom dat we deze auto’s in één blok behandelen.
Het drieling heeft een 36,8 kWh-accu die een 83 pk en 210 Nm sterke elektromotor van energie voorziet. Daarmee kunnen de auto’s binnen 12,2 seconden naar de 100 km/u schieten en hebben ze een topsnelheid van 130 km/u. De actieradius bedraagt maximaal 260 WLTP-kilometers. Thuisladen gaat met hoogstens 7,2 kW, wie vier uur over heeft kan daarmee de accu volledig opladen. Snelladen gaat tot 40 kW, waarmee je in een uur 240 kilometers aan bereik kan ‘tanken’.
Het goedkoopste van het stel was – gek genoeg – de e-up!. Daar is VAG echter op teruggekomen. Op moment van schrijven is de Seat Mii Electric namelijk te koop voor 23.400 euro, de Škoda CITIGOe iV kost 23.290 euro en de Volkswagen e-up moet 23.475 euro opleveren. De Škoda is dus het goedkoopst, gevolgd door de Seat en met de Volkswagen als de duurste. En het universum is daarmee weer in balans. Benieuwd hoe deze stadsrakkers in de praktijk zijn? Lees dan onze rijtest.
Smart ForFour/Smart ForTwo/Smart ForTwo Cabrio
Ook deze drie auto’s gaan we combineren. Onderhuids zijn de Smart ForFour, ForTwo en ForTwo Cabrio namelijk gelijk. Ze hebben een elektromotor die maximaal 82 pk en 160 Nm levert, een topsnelheid van 130 km/u en ondersteuning voor snelladen tot 22 kW en driefaseladen. Via het snelladen is de accu binnen 40 minuten van 10 procent naar 80 procent te laden. Het enige dat we niet weten is de grootte van de accu, die noemt Smart gek genoeg niet. Maar heel groot zal deze niet zijn: deze drie voertuigen hebben de minste actieradius van alle elektrische auto’s die in 2020 op de markt komen.
Uiteraard zijn er wel een paar verschillen tussen de modellen. De ForFour is immers het zwaarste van het stel, dankzij de extra deuren en de langere wielbasis. Deze heeft daardoor een nul-naar-honderd-tijd van 12,7 seconden en een actieradius van maximaal WLTP-kilometers. Deze langere Smart kost 23.995 euro.
De ForTwo – een kleinere auto dan de ForFour – kost gek genoeg ook 23.995 euro. Wel kan je met de ForTwo iets langer rijden, misschien dat moederbedrijven Daimler en Geely daarom denken dat een gelijke prijs gerechtvaardigd is. Die ‘iets’ kan overigens niet cursief genoeg zijn: de ForTwo heeft een rijbereik van maximaal 135 kilometer. Vijf kilometer meer, dus. De nul-naar-honderd-tijd is 11,5 seconden.
Tot slot nog de cabrio-versie van de ForTwo. Deze is wél duurder en kost 26.995 euro. De acceleratietijd hiervan is 11,8 seconden naar de 100 km/u. Het rijbereik ligt tussen die van de tweedeurs en vierdeurs in en bedraagt maximaal 132 kilometer. Deze Smart-auto’s zijn vorig jaar gefacelift, dit jaar zijn deze gefacelifte modellen voor het eerst beschikbaar.
Tesla Model Y
Toegegeven, dit model is een kleine uitzondering. Van de Tesla Model Y weten we immers niet helemaal wanneer deze naar Nederland moet komen. Waar traditionele autofabrikanten zich strak aan een planning houden en eigenlijk alleen maar aan uitstel doen, is Tesla wat flexibeler. Is het een paar maanden eerder klaar? Dan krijg je hem een paar maanden eerder, toch?
Zo zei Tesla eerder dat de eerste Amerikaanse klanten de auto pas in de tweede helft van 2020 zouden krijgen. Toch begonnen de leveringen afgelopen maart. Volgens Tesla komt de Model Y ‘begin 2021′ naar Nederland. Met andere woorden: het zou zomaar kunnen dat de eerste Model Y’s deze kerst al in Nederland rondrijden.
En wat krijgen wij Nederlanders dan? Op dit moment zijn er twee smaken, de Long Range en de Performance. Laten we beginnen met de goedkoopste, de Long Range. Deze heeft ze een 75 kWh-accupakket die twee motoren van energie voorziet. Op die manier heeft de Long Range vierwielaandrijving. Deze heeft een WLTP-radius van 505 kilometer, een topsnelheid van 217 km/u en kan in 5,1 seconden van nul naar honderd km/u versnellen. De Long Range kost 64.000 euro.
Voor zesduizend euro meer – 70.000 euro dus – kan je de Performance krijgen. Deze krijgt standaard iets andere velgen en een (hele kleine) spoiler op de achterklep, waardoor alle Tesla-fans weten dat jij een serieus snelle Tesla hebt. Deze kan 241 km/u, al is de nul-naar-honderd-tijd indrukwekkender. Die is in 3,7 seconden namelijk voorbij. Het bochtwerk zal overigens ook iets leuker zijn, aangezien deze Tesla een verlaagde rijhoogte heeft.
Zijn er ook nadelen? Ja, je kan met de Performance ‘slechts’ 480 kilometer ver rijden. Gek genoeg geeft Tesla zelf niet zo heel veel info over de laadtijden van de Model Y, behalve dat je bij de Long Range in een kwartier tijd 270 kilometer bij kunt laden. Volgens EV-Database is deze versie in 7,75 uur volledig op te laden met een 11 kW-lader. Snelladen kan volgens deze site met maximaal 250 kW.
Een goedkopere Tesla Model Y komt er ook, productie van deze Standard Range start naar verwachting begin 2022. Deze zal een actieradius hebben van zo’n 350 kilometer en een geschatte Nederlandse prijs van 56.000 euro.
Volkswagen ID.3
Over deze elektrische Volkswagen hebben we het al eerder gehad in dit artikel. De Volkswagen ID.3 is namelijk op hetzelfde MEB-platform gebouwd als de Seat el-Born. Identiek zijn de auto’s niet. Zo krijg je bij de Volkswagen de keuze uit drie accupakketten. De smaken zijn 45 kWh, 58 kWh en 77 kWh, waarmee je respectievelijk 330 km, 420 km en 550 km kan rijden.
Ook motorisch zijn er verschillen. Je kan deze Volkswagen kopen met dezelfde 204 pk-motor. Die krijg je ook in de 58 kWh- en 77 kWh-versie. De goedkope 45 kWh-versie krijgt echter een 150 pk-elektromotor. De ID.3 heeft ondersteuning voor snelladen tot 100 kW, waarmee de EV in 30 minuten tijd de reikwijdte kan aanvullen met maximaal 290 kilometer.
Geïnteresseerd in de ID.3? De eerste elektrische auto’s worden in de zomer van 2020 geleverd, al gaat de productie pas een ruim halfjaar later op volle toeren draaien. Het bouwen van deze ‘elektrische Golf’ is overigens niet van een leien dakje gegaan, al claimt Volkswagen nog dat alles nog volgens planning verloopt. De goedkoopste ID.3 moet straks zo’n 30.000 euro kosten.
Volvo XC40 Recharge
De voorlopige hekkensluiter van dit lijstje van alle elektrische auto’s van 2020, komt uit Zweden. Want na Polestar gaat ook moederbedrijf Volvo aan de BEV’s. Eerste aan de beurt is deze XC40 Recharge. Deze krijgt een 78 kWh-accupakket met een WLTP-radius van meer dan 400 kilometer. De auto krijgt ondersteuning voor drie-fase-laden tot 11 kW, waarmee de Volvo binnen acht uur tijd volledig volgeladen is.
Snelladen kan de XC40 ook, met maximaal 150 kW. Daarmee is de Recharge binnen 40 minuten op te laden van 10 procent naar 80 procent. Over snel gesproken: dat is deze Volvo. De P8-versie – het topmodel onder de XC40’jes – krijgt twee elektromotoren die samen 408 pk en 660 Nm leveren. De sprint naar honderd km/u duurt 4,9 seconden, de topsnelheid is gelimiteerd op 180 km/u.
De Volvo XC40 Recharge P8 staat in oktober 2020 bij de dealer en gaat (voor zover bekend) 59.900 euro kosten. Ruim een jaar daarna komt een P4-versie. Deze gaat goedkoper zijn en zo’n 200 pk minder krachtig zijn.
Conclusie
Van een Smart die de grenzen opzoekt van de EV-subsidie-voorwaarden, tot een Porsche die de grenzen opzoekt van de natuurkundewetten. Anno 2020 is er een breed scala aan elektrische auto’s te koop. De dagen dat een EV’er weinig keuze had, zijn dan ook zeker voorbij. Toch zijn er wel autotypes die in dit lijstje ontbreken. Een goedkope tweedeurs-cabrio/coupé als een Mazda MX-5, bijvoorbeeld, of een stationwagen. Van die laatste categorie weten we in ieder geval dat Volkswagen aan de Space Vizzion bezig is, dus zelfs dat komt goed. Met andere woorden: in 2020 is de keuze al reuze, maar die wordt in de toekomst alleen nog beter.
Geef een reactie
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.