
Door de extra belasting kunnen er Europese modellen met een verbrandingsmotor verdwijnen.
‘Dat zal ze leren. Een beetje onze autofabrikanten uit de markt prijzen door overheidssteun. Weet je wat wij gaan doen? Onze merken steunen met een andere vorm van overheidssteun.’ Zo is het ongeveer gegaan bij de Europese Unie vermoed ik. Nu blijkt dat deze extra belasting er ook voor kan zorgen dat auto’s met een benzinemotor het loodje leggen.
Seat-baas Wayne Griffiths luidt de noodklok. Volgens hem beschermen de tarieven niet merken uit Europa en in het bijzonder Spanje. In plaats daarvan gaat de belasting ”ons pijn doen” denkt Griffiths. Bij Seat komt dat door de Tavascan. De elektrische SUV wordt in China gebouwd.
Seat verplaatst de assemblage van de Tavascan niet, waardoor het merk te maken krijgt met de importbelastingen. Sinds oktober 2024 betaalt Seat 30,7 procent belasting voor het importeren van de Tavascan. Het gaat dan niet over het percentage van de verkoopprijs maar toch, de productiekosten stijgen er onverwachts van.
Mensen en modellen ontslaan
Griffiths omschrijft welke impact de Europese EV-tarieven voor het merk hebben. ”’Dit brengt ons potentieel in de positie waarin we mensen moeten ontslaan. Wij betalen nu het tarief in plaats van de klant en we kunnen dat niet blijven doen.” De kans is dus ook groot dat de prijzen van Seats omhoog gaan.
Voor twee modellen naast de Tavascan zijn de EV-tarieven een probleem. Griffiths: ”We moeten gaan stoppen met het bouwen van de Seat Ibiza en Arona.” Tevens denkt hij dat Seat minder auto’s met een plofmotor gaat bouwen om het aanbod in balans te brengen. En dat terwijl er later dit jaar een nieuwe hybride Arona en Ibiza moeten komen.

Het lijkt de Seat-baas onwaarschijnlijk dat zij het enige merk zijn met deze problemen. Voor zijn eigen merken zoekt hij nog naar de juiste oplossing. Griffiths heeft ook nog een boodschap aan de Europese Unie: ”Wat beleidmakers moeten begrijpen, is dat fabrikanten, wanneer zij beslissingen nemen, zij dit op bij technologie, modellen, platformen en fabrieken op lange termijn doen. Je kunt niet van de ene op de andere dag [veranderen]. Je hebt wat lange termijn betrouwbaarheid nodig.”
Hij eindigt met een filosofie metafoor: ”Wanneer je tijdens het spel de namen in het spel gaat veranderen, is het een lastig spel om te spelen. Dus ik denk dat we daarin wat zekerheid nodig hebben.” Zijn uiteindelijk doel met deze oproep? De productie in China houden en de importheffing terugbrengen naar 10 procent. Misschien dat er dan ook wat geld is om wat nieuwe Seat-modellen te bedenken.
Via Autocar





Mooi dat hij stelt dat je niet zomaar tijdens het spel de spelregels kan veranderen en dat fabrikanten beslissingen nenen en investeringen doe voor de lange termijn en meer betrouwbaarheid nodig hebben…
Maar bovenstaande geldt net zo hard voor de Europese medewerkers die ingeruild zijn voorChinese. Zij krijgen nidt te maken met andere spelregels maar mogen het spel straks gewoon niet meer meespelen omdat ze hun baan kwijt zijn.
Eerst je productie naar China verplaatsen, want goedkoop, en nu de krokodillentranen. Volgens mij waren de tarieven hiervoor bedoeld, of ze nou werken of niet…
Dus diverse Chinese merken hebben intussen plannen om fabrieken in Europa te openen, maar een Europese fabrikant die onderdeel is van een concern met Europese productiefaciliteiten ziet echt geen mogelijkheid om dat te doen want langetermijnplanning, maar dreigt wel op korte termijn b-segmenters met verbrandingsmotor de nek om te draaien. Logisch, want daarvoor geldt geen langetermijnplanning toch?
Tsja, dat is een commerciële beslissing van Seat. Ze kunnen ook de Tavascan duurder maken, of het model vervroegd uitfaseren en de opvolger in Europa bouwen.
De EU wist heus wel dat de heffing ook Europese merken zou treffen.