
Het Vietnamese automerk VinFast vloog vliegtuigen vol influencers en journalisten naar Vietnam, maar levert in Europa nauwelijks auto’s. De Amsterdamse showroom is inmiddels gesloten. Wat ging er mis?
In dit verhaal:
- Hoe begon het met VinFast?
- Hoe werd de VF6 in 2022 ontvangen?
- Hoe verging het VinFast op de beurs?
- Hoe verging het VinFast in Nederland?
- Waarom is de Amsterdamse showroom gesloten?
- Hoe rijdt de nieuwe VinFast VF6?
VinFast-oprichter Phạm Nhật Vượng is de rijkste man van Vietnam. Zijn leven lijkt een jongensboek: hij startte zijn bedrijf in 1993, toen hij in Oekraïne met de verkoop van gedroogde noedels begon. Van een eenvoudig noedelwinkeltje groeide het uit tot een bedrijf dat hij voor 150 miljoen dollar aan Nestlé verkocht. Daarna keerde hij terug naar Vietnam, waar zijn bedrijf onder de naam VinGroup uitgroeide tot het grootste conglomeraat van het land.
Het hoogste gebouw van Zuidoost-Azië? Het hoofdkantoor van VinGroup. De Formule 1-race die in Vietnam zou plaatsvinden? Gefinancierd door VinGroup. Het meest luxueuze vakantieoord van Vietnam? Eigendom van VinGroup. En als je eenmaal in het web van VinGroup terecht bent gekomen, laten ze je niet meer los. Of zoals ze het zelf zeggen in een vriendelijke versie: ‘We hopen klanten in al hun behoeften te voorzien binnen ons ecosysteem.’ Toch verwoordt de oprichter het idealistisch: hij wil Vietnamezen voorzien in al hun behoeften, van scholing tot vakanties en van tv’s tot auto’s.
Zes kilometer proefrijden

In de zomer 2022 kon ik kennismaken met dat ecosysteem. Vanaf Parijs had VinGroup een Boeing 787 gecharterd om honderden journalisten en influencers uit heel Europa kennis te laten maken met het bedrijf. En die gecharterde 787 was niet eens de enige vlucht; andere journalisten bezochten het bedrijf eerder of later. Het kon niet op, die week. Van oudere autojournalisten had ik weleens verhalen gehoord over hoe het er vroeger aan toe ging bij introducties van nieuwe auto’s. Vroeger werd nu: deze hele week was niets te gek — al kun je het natuurlijk ook zien als extreme gastvrijheid.
Vanuit het gecharterde vliegtuig togen we naar een vakantiepark op een eiland. Het complete vakantiepark was voor ons, want we moesten zien dat VinFast dit ook deed. We bezochten Hanoi, waar VinGroup een nieuwbouwwijk bouwde die groter was dan Breda. De huizen stonden nog grotendeels leeg, maar we zagen wel kleuters spelen die op een school van VinGroup zaten. Later bezochten we een universiteit van VinGroup, vanwege vakantie geen studenten te zien waren.


We kregen een rondleiding door de fabriek, waar volop auto’s in productie waren. Daarna gingen we naar een tweede vakantieresort, een eiland met kolossale hotels en een soort pretpark dat een soort Vietnamese interpretatie van Disneyland leek. Ook dit resort was compleet voor ons gereserveerd. Niet zonder reden, want hier mochten we proefrijden met de scooters van VinFast en de nieuwe elektrische modellen. Voor de proefritten met de scooters was een pleintje gereserveerd, voor de auto’s was een rondje van zes kilometer uitgezet.
Middle of the road

Ik had geluk, want ik mocht het rondje twee keer rijden: de eerste keer met de VF8 Eco, de tweede keer met de VF8 Plus. Al is geluk relatief: zelf vond ik hem niet bijzonder goed rijden, maar ook niet onaardig – en dan waren dit nog voorserie-auto’s ook. Gewoon een middle of the road-auto voor mensen die het allemaal niet zo veel kan schelen hoe hun auto rijdt, zoals er zoveel zijn; ik kocht mijn Audi A4 ook niet om zijn messcherpe rijeigenschappen, om maar eens een voorbeeld dicht bij huis te noemen. Collega’s die er tegelijkertijd waren, waren ook niet bijzonder positief of negatief over de auto. Dat maakt het al lastig genoeg. Met de tientallen nieuwe merken die nu op de markt komen, heb je immers wel onderscheidend vermogen nodig. Waarom zou een consument anders voor jouw onbekende merk kiezen?
De Amerikaanse media reden op een ander moment en een andere locatie met de VF8, eveneens met preproductiemodellen. Hun ervaring met het nieuwe automerk was compleet anders: ze zaagden de VF8 bij de wielnaven af. Road & Track bijvoorbeeld noemde de auto onacceptabel. The Autopian kopte boven de rijimpressie: ‘Just don’t.’ Motortrend was met de kop ‘Return to sender’ al niet veel subtieler. ‘Don’t buy the 2023 VinFast VF8 City Edition,’ schreef Green Car Reports pontificaal boven de test. Het ging maar door en door en door. Eigenlijk snapte ik daar weinig van, omdat mijn eigen ervaringen lang niet zo slecht waren.
Bouwkwaliteit gekraakt


Aan de ervaring van VinFast lag het niet en aan de inzet evenmin. Op het moment dat de VF8 op de markt kwam, bouwde het merk al twee modellen: de VinFast LUX A2.0 was een sedan op basis van de BMW 5 Serie F10 en de VinFast LUX SA2.0 een SUV gebaseerd op de BMW X5 F15.Voor het ontwerpen van de nieuwe generatie modellen gingen de Vietnamezen in zee met gerenommeerde partners. Zo werd de VF8 ontworpen door Pininfarina. Kevin Rice, chief create officer van Pininfarina, sprak vol lof over VinFast. “Dat ze serieus zijn, kun je zien aan hun voorbereidingen,” zei hij in 2021. “Ze hebben een fabriek neergezet die 250 tot 500 duizend auto’s per jaar kan bouwen en die kan wedijveren met de modernste autofabrieken die ik ken. Daardoor zijn we vol vertrouwen over de bouwkwaliteit van de auto’s.”
Juist die bouwkwaliteit werd in de Amerikaanse reviews overigens gekraakt. Een journalist probeerde zijn stoel lager te zetten, maar had vervolgens het plastic omhulsel van de hendel in zijn hand, om vervolgens te ontdekken dat de rijhulpsystemen onderhoud nodig hadden, de dodehoekwaarschuwing niet werkte en dat hij het ook zonder botswaarschuwing en verkeersbordherkenning moest doen.
Beurswaarde verdampt

VinFast liet zich niet van de wijs brengen en ging stug door met het uitvoeren van alle plannen. Het kondigde aan dat het in Europa ruim vijftig showrooms zou openen. Vijf van die VinFast Stores zouden in Nederland komen, te beginnen met Amsterdam. In de zomer van 2023 ging het bedrijf bovendien naar de Amerikaanse beurs. Op de eerste dag stond de aandelenkoers direct op 22 dollar, maar steeg nog diezelfde dag naar iets meer dan 37 dollar, waarmee de beurswaarde van VinFast uitkwam op 85 miljard dollar. Dat was bijna evenveel als Ford en General Motors samen: Ford was op die dag 48 miljard dollar waard, GM 46 miljard. Het geschatte vermogen van Phạm Nhật Vượng steeg op die zomerse dinsdag met 39 miljard dollar, want hij hield het grootste deel van de aandelen zelf. In de dagen die volgden steeg het aandeel zelfs naar 93 dollar. De beurskenners van Beleggers Belangen spreken spraken van een ‘gevaarlijke hype’. Daar hadden ze gelijk in, want inmiddels is die beurswaarde behoorlijk verdampt: anderhalf jaar later kost een aandeel VinFast je namelijk nog maar 3,83 dollar.
Dat komt omdat de verkopen nogal tegenvallen. In 2024 verkocht VinFast 97.399 auto’s en daarmee werd de doelstelling van 100.000 auto’s bijna gehaald. De vraag is echter aan wie die auto’s verkocht zijn. Volgens vakblad Automotive werd in 2023 namelijk zo’n zeventig procent van de jaarproductieverkocht aan taxibedrijf GSM, dat eigendom is van Phạm Nhật Vượng. Daarbovenop zou nog tien procent van de verkopen geleverd zijn aan andere dochterondernemingen van VinGroup.
Showroom Amsterdam gesloten

Hoe het in Nederland gaat met VinFast, vraag je? Na de showroom in Amsterdam volgden nog twee VinFast Stores: een in Rotterdam en een in Den Haag. Die drie winkels samen hebben bij elkaar 35 VinFasts op kenteken gezet, waarvan 29 VF8’s en (toepasselijk) zes VF6’en. Voor veel automerken is januari een goede maand, maar VinFast registreerde in januari 2025 een schamele drie auto’s. De showroom in Amsterdam, een 600 vierkante meter tellend pand in de Raadhuisstraat, staat sinds kort leeg.
Toch heeft VinGroup er veel aan gedaan om dit automerk te laten slagen. Voor de eerste modellen werkte het samen met BMW, voor de tweede lichting met Pininfarina. In 2021 trok het merk Opelbaas Michael Lohscheller aan om VinFast te leiden (al hield hij het na vier maanden weer voor gezien). Het merk werd met een nagenoeg oneindig budget onder de aandacht gebracht bij de media en ook nu nog zien we regelmatig online advertenties opduiken. Logisch ook, want het merk introduceert momenteel de VF6.
Hoop

Als VinFast het met deze partners en deze hoeveelheid geld al zo moeilijk heeft, wat zegt dat dan over de andere nieuwkomers? Er zijn immers tientallen merken die een plek op de markt proberen te veroveren. Ondanks alle tegenslagen kunnen we VinFast overigens nog niet helemaal afschrijven. De modellen vallen tegen, de gehoopte verkoopaantallen worden niet gehaald en de opening van een Amerikaanse fabriek is ook uitgesteld. Maar toch is er nog een sprankje hoop. Alléén geld is immers niet genoeg om een automerk te bouwen, maar je hebt het wél nodig. Oprichter Phạm Nhật Vượng is inmiddels zelf de baas bij ‘zijn’ automerk en zegt erin te blijven investeren tot het succesvol is.
En die leegstaande showroom in Amsterdam? Volgens VinFast heeft dat niet te maken met het uitblijvende succes, maar met een wijziging van de strategie. In plaats van VinFast Stores in binnensteden komen er nu toch traditionele showrooms, met werkplaats en al — zoals die nu in
Den Haag en Rotterdam te vinden zijn. Daarvoor worden momenteel dealers gezocht; in Duitsland zijn de eerste dealers-nieuwe-stijl al geopend. En de VF8 sloeg weliswaar niet bepaald aan, de VF6 moet dat wel gaan doen. Met een uitgebreide garantie (ten minste 7 jaar of 160.000 kilometer) hoopt het merk klanten te overtuigen. Zou het dan nu gaan gebeuren?
Hoe rijdt de VinFast VF6?

Volgens VinFast is de VF6 de auto die het tij gaat keren. Immers, crossovers in het B-segment zijn niet aan te slepen. Natuurlijk maakten we er een ritje mee. Is het goed genoeg?
Om maar met de deur in huis te vallen: een keurige zeven. Eigenlijk is het best een indrukwekkende auto voor zo’n nieuw merk. Als petrolhead koop je dit nooit, maar als je domweg van A naar B wil reizen? Ja, dan kan het best. Met 204 pk heb je genoeg vermogen, terwijl de range van 379 kilometer prima is voor deze klasse. VinFast geeft een gemiddeld verbruik op van 20,4 kWh per 100 kilometer, maar wij reden volgens het display zuiniger. Aan de snellader kun je in 25 minuten bijladen van 10 naar 70 procent. Niet baanbrekend, maar er is allemaal goed mee te leven.
De vraag blijft dan wel waarom je 41 duizend euro uit zou geven aan een auto waarbij je aan al je buren uit moet leggen wat het is en waarbij je maar moet afwachten wat de restwaarde is. Er is overigens ook een goedkopere variant, de VF6 Eco, met een vanafprijs van 36.020 euro. Het blijft wel de vraag of de VF6 onderscheidend genoeg is op een overvolle markt.



Wat is goed?
- Verrassend goede auto voor een nieuw merk
- Infotainment beter dan bij diverse andere Aziatische merken
- Rijke standaarduitrusting: de VF6 Plus van 40.520 euro heeft onder meer 19 inch wielen, panoramadak, verwarmde en geventileerde voorstoelen en een head-up display
Wat is slecht?
- Vering en demping niet helemaal in balans: de demping is te zacht in combinatie met de stugge vering
- Vertaling infotainment soms slordig: op het scherm stond bijvoorbeeld rijmodus, terwijl een centimeter lager rijd modus stond
- Afwerking kan hier en daar beter: bekleding A-stijlen wijkt en sierstrips in de deur sluiten niet goed aan op de sierstrip in het dashboard
De Europese automarkt wordt overspoeld met nieuwkomers. In de komende periode bekijken we naast VinFast nog een aantal andere nieuwkomers.





Ik snap je conclusie niet echt: een keurige 7 voor een auto van 40k en een range van 379.
Als je voor hetzelfde geld bijvoorbeeld een Skoda Elroq kunt rijden die nog betere specs heeft ook.
Als nieuwkomer moet je meer bieden dan de concurrentie, anders gaat natuurlijk niemand de gok wagen.
Elroq met acceptabele uitrusting zit op 42,5k en eigenlijk wil je dan nog de warmtepomp, nog 1k erbij. Niet overdreven duur maar de basisversie is enorm kaal. Snap overigens wel dat je daar eerder voor gaat dan een Vinfast.
@mrtrex De volledige conclusie is dan ook die keurige 7 én dat het maar de vraag is of dat genoeg is om je te onderscheiden ;-)
Als ik het antwoord op die vraag wist, ging ik met een glazen bol op de kermis zitten trouwens.
Je ziet ze in Indonesië overal. De westerse consumenten kopen helaas liever een inferieur product met een bekend logo. Ik zelf snap dus ook echt niet waarom iemand die enig verstand heeft van auto’s ooit een ID.4 of Enyaq zou kopen terwijl er in dat segment zoveel betere auto’s zijn uit China, Vietnam of Korea.
Niet iedereen is een liefhebber van Winneh the Pooh, dat zal Chinese fabrikanten wellicht zo hier en daar parten spelen.
@audirs3 Vinfast schijnt kwalitatief anders ook niet al te best te zijn, hier een voorbeeldje van de (talloze) negatieve reviews:
https://www.jalopnik.com/everyone-agrees-the-vinfast-vf8-is-very-very-bad-1850432490/
Denk dat het niet persé betere auto’s zijn. Verschillen zijn allemaal niet zo groot en het is ook persoonlijk hoeveel waarde je hecht aan bijvoorbeeld snelladen etc.
Misschien om de service? Ik rijd een mg, maar als ik wat aan de auto heb, is het drama. Volgende auto wordt dan maar kaler maar met een goed dealernetwerk en onderdelenvoorziening.
Het is al moeilijk een nieuw merk in de markt te zetten als je een erg goed product hebt. Dit was vanaf dag echt totaal kansloos.
Als je gave auto’s bouwt lukt dat wel, niet als je met een lelijke Renault kloon aan komt zetten.
“Vering en demping niet helemaal in balans: de demping is te zacht in combinatie met de stugge vering”
Iets wat tegenwoordig steeds meer auto’s lijken te hebben. Toch het hoge gewicht (o.a. van de accu), hoge model en dat proberen goed te krijgen, dat maar niet echt wil lukken?
Ik schat in dat er 33 door leasemaatschappijen zijn gekocht (wel met forse inkoopkorting) en die laatste 2 waren cadeautje voor de 2 projectleiders van de bouw van de showroom in Amsterdam.
Een klein jaar geleden was ik bij Centr-O in Oberhausen, en voor vertrek wilde ik nog even tanken. Bleek dat er daar naast het pompstation een dealer annex servicepunt van Vinfast gevestigd te zijn. Het was er doodstil, terwijl je daar op een normale werkdag toch wel enige reuring mag verwachten.
Ik denk oprecht dat het al misgaat door je merk VinFast te noemen.
De markt wordt overspoeld met EV meuk uit China en i.c. Vietnam. Met meuk bedoel ik niet persé dat het kwalitatief slechts is, maar wel niet-nietszeggende eenheidsworst. Als je me had gezegd dat ik naar plaatjes van een nieuwe Nissan, Renault, Cupra, Nio, Peugeot of BYD keek, had ik het direct gelooft.. Inhuren van een gerenommeerd ontwerpers is al lang geen garantie meer dat het product te pruimen is. Nu zien we iets wat typerend is voor bv de Chinese markt: overspoel het met merken, over 5 jaar hebben er een paar het overleefd en die pakken de markt. Over een jaar of 10-15 zou het heel goed kunnen dat ik geen dagelijkse auto meer heb, alles van nu doet me nog minder dan een postzegel.
*edit to myself* ‘Niet-nietszeggende’ is natuurlijk gewoon ‘nietszeggende’ 🤓