Zit je voor je gevoel net naar de skischans in Garmisch Partenkirchen te kijken, knipper je even met je ogen en is het alweer bijna kerstmis. Wéér een jaar geen klassieke Ferrari gekocht. Maar niet getreurd, ook volgend jaar zijn er weer genoeg gelegenheden om zo’n Italiaans peerd binnen te halen. Zo is daar bijvoorbeeld de grote veiling in Scottsdale, Arizona die traditioneel plaatsvindt in januari. Bij een doorgaans aangename temperatuur van een graadje of twintig vind je hier auto’s van allerlei pluimage, maar we focussen ons vandaag even op de beste paarden van stal.
Om ons in deze kille maand warm te maken voor de veiling stuurde Gooding & Co. ons namelijk vast een lijstje van enkele Ferrari’s die ze graag willen verkopen, inclusief een schatting van de prijs die ze daarvoor in gedachten hebben. Omdat het altijd goed is om een idee in je achterhoofd te hebben van wat jouw favoriete Fezza op dit moment doet, hebben we maar even een lijstje opgesteld.
1966 Ferrari 275 GTB Long Nose Alloy: 2.900.000-3.200.000 Dollar
Deze opvolger van de 250 is de oudste en daarmee ook nog steeds de duurste van het stel. Toch lijkt de grootste rek qua prijs eruit te zijn. Dit is één van de slechts 80 gebouwde 275 GTB’s met een aluminium koets, is gecertificeerd door Ferrari Classiche en heeft matching numbers. Het klinkt raar, maar de prijs van deze schoonheid is wat betreft niet wereldschokkend. Hoewel dat vooral veel zegt over de prijsexplosie die we de laatste jaren hebben gezien.
1969 Ferrari 365 GTC: 700.000-800.000 Dollar
Een rode 365 GTC. Wellicht niet de allerfraaiste Ferrari uit de jaren ’60, maar nog altijd een schoonheid ten opzichte van de 365 GT 2+2. Dit exemplaar werd origineel geleverd in de hoofdstad van Italië en heeft een goed leven achter de rug zonder al teveel noeste arbeid. Wel behoorlijk prijzig.
1970 Ferrari 365 GTB Daytona: 850.000-950.000 Dollar
Een exemplaar met de plexiglas-koplampen, dus zonder de klaplampen. Nog steeds een favoriet van velen. Voor de prijs kon je enkele jaren geleden nog een spider kopen, gewone Daytona’s deden toen zo’n drie à vier ton. Maar ook in dit geval geldt: ze zitten nu alweer even op dit niveau.
1972 Ferrari Dino GT: 275.000-350.000 Dollar
De Ferrari die stiekem geen Ferrari mag heten. Dino’s (rijtest) in coupé-vorm zijn zeldzamer dan de open GTS variant. Toch wordt deze coupé qua waarde minder hoog ingeschat dan zijn twee zusjes hieronder.
1973 Ferrari Dino GTS: 325.000-375.000 Dollar
Een open Dino in Rosso Chiaro. Zo zie je ze het vaakste. Hiermee wordt cruisen over de boulevard pas echt stijlvol. Mits je met je hollandse frame niet ver boven de voorruit uittoornt tenminste.
1973 Ferrari Dino GTS: 325.000-425.000 Dollar
Eigenlijk dezelfde auto als de bovenstaande dus, maar dan uitgevoerd in (het veel mooiere) Rosso Rubino. Het veilingshuis schat in dat dit zo’n 50.000 Dollar extra zou kunnen opleveren.
1980 Ferrari 512 BB: 300.000-350.000 Dollar
We schieten de jaren ’80 in met deze 512BB. De Berlinetta Boxer was de voorloper van de Testarossa (rijtest). Het kloppend hart ligt al achter je rug maar de styling doet nog denken aan oudere Ferrari’s. Dat was bij de Testa wel anders.
1982 Ferrari 512 BBi: 290.000-340.000 Dollar
Net de BB, alleen dan zonder de charme van carburateurs. Wellicht mede daardoor net iets lager ingeschat qua prijs?
Laat ons even weten met welk exemplaar jij aan de haal gaat in de comments, zodat we niet met zijn allen tegen elkaar op gaan bieden.
24 reacties
De overige modellen doen me erg weinig.
Zilvergrijs wordt nogal vergruisd momenteel maar paradoxaal genoeg is het de lievelingskleur voor auto’s volgens grootheden als Giugiaro en wijlen Sergio Pininfarina omdat zij vinden dat het alle goede en slechte kanten van een ontwerp belicht.
Doe maar de 365
2 Ferrari 365 GTB Daytona
3 Ferrari 512 BBi
*spaarrekening checkt*
Voor mij de mooiste Ferrari aller tijden!
Misschien wel de mooiste klassieke sportwagen. Daar kan geen Muira tegenop wat mij betreft!
2. 512 BB
3. Dino GTS
De 365 GTB had er in gestaan als het niet de lelijkere versie met plexi glas lichten was geweest. De 365 GTC vind ik juist minder mooi dan de 365 GT 2+2 en doet me niet echt iets. BB altijd liever dan een BBi. Dino’s zijn gewoon wonderschoon en agile.
Het is een VERkopersmarkt en absoluut geen kopers markt, al zijn de Amerikaanse prijzen realistischer dan die in de rest van de wereld.
Zo is onlangs op de BaT site een rode Toyota 2000 GT geveild voor ‘slechts’ $ 560000, terwijl die normaal zo rond de acht a negen ton liggen qua prijs.