Soms is groot niet groot genoeg. In de jaren ’90 was er in de Verenigde Staten een enorme opmars qua terreinauto’s voor de openbare weg. En dan bedoelen we echte SUV’s in de Amerikaanse zin van het woord, dus met een ladderchassis. Auto’s als de Chevrolet Tahoe en Dodge Durango vonden gretig aftrek. Ford had een complete range aan grote 4×4’s.
De Ford Explorer is voor Nederlanders nog enigszins een bekende. De Explorer werd namelijk ook eventjes in ons land geleverd. Als een soort alternatief voor de Jeep Grand Cherokee, die wel in Holland verkrijgbaar was. We benoemen even de afmetingen: 4,82 meter lang, 1,78 meter breed en 1,73 meter hoog. Dat is naar onze begrippen een grote auto. Dat bleek ook uit de keuze aan motoren: een 4-liter V6 of een 5-liter V8. Kortom, een gigantische bak met enorme motoren.
Het kan natuurlijk groter en gekker. In 1996 introduceert Ford namelijk de Ford Expedition. Deze auto kan min of meer gezien worden als een verlate opvolger van de Ford Bronco. De Bronco was nog een echte ouderwetse rouwdouwer, de Expedition had (iets) meer manieren. Qua afmetingen was de Expedition maatje ‘full-size’. De auto was bijna 5,20 meter lang, bijna 2 meter breed en naar gelang de uitvoering minimaal 1,90 meter hoog. Uiteraard kon je de Expedition alleen maar met achtcilinders kopen. Er was keuze uit twee zestienkleppers met 4.6 of 5.4 liter slagvolume.
Dus in principe zou je zeggen: meer heeft een mens toch niet nodig? In principe niet. Op het moment dat een Expedition te klein is, heb je waarschijnlijk met andere problemen te maken dan ruimtegebrek. Teveel spullen, teveel kinderen of een combinatie van die twee. Toch zag Ford een mogelijkheid om een nóg groter model te bedenken. In technisch opzicht was dat niet zo heel erg moeilijk. De Ford Expedition was in technisch opzicht namelijk gerelateerd aan de Ford F-150 pickup. Je weet wel, de best verkochte auto ter wereld.
De Ford F-150 is onderdeel van de vrachtwagen-lijn van Ford en eigenlijk is de auto daar pas het begin van de range. Er is namelijk ook een F-250 (afbeelding boven). Dit is een zogenaamde heavy duty truck. Dus nog groter en sterker. De auto was voornamelijk ontwikkeld als bedrijfsauto. Je kon de F-250 bijvoorbeeld af fabriek bestellen met een sneeuwruim-installatie. De auto werd vooral gekocht door bedrijven en overheidsinstellingen als werkpaard. Voor het werk waarbij een F-150 te licht is, maar een grote vrachtwagen net even teveel van het goede.
Bij Ford hadden ze in de late jaren ’90 dus het gelukzalige plan om het opkomende succes van de SUV en de gigantische F-250 met elkaar te combineren. Het resultaat was de Ford Excursion. Nu klinkt een excursie minder omvattend dan een expeditie, maar in de Ford line-up was de Excursion het grootste, zwaarste en lompste wat je met vier wielen kon bestellen. De auto was namelijk gigantisch, enorm en gargantuesk.
Met een lengte van 5,76 meter was de Excursion een drie decimeter langer dan de Maybach S560, een van de langste auto’s op de markt tegenwoordig. De auto was zo ontiegelijk groot, dat Ford te maken kreeg met compleet nieuwe problemen. Als je kijkt naar de voorkant van de Excursion, dan zie je daar een grote plastic bumper onder de echte bumper. Bij een crashtest met een kleinere auto (Ford Taurus) reed de Excursion over de personenauto heen. De balk moet er voor zorgen dat auto’s in geval van een aanrijding weggeduwd worden.
De breedte was met 2,03 eveneens reuzegroot en wat te denken van de hoogte: 1,96! Het zijn niet eens de maten apart. Het is de combinatie van al die maten. Oog in oog (koplamp) staan met een Explorer is een zeer intimiderende ervaring. Werkelijk alles was kolossaal aan de Excursion. Zo was de Excursion te groot om uit te rusten met een reguliere achterklep. Neen, dat moest in drie (!) delen gebeuren. De achterruit kon naar boven en dan had je twee deuren die je open kon klappen.
Deed je dat, dan had je zicht op de kofferbak. Je kon aan de linkerkant zien hoe het reservewiel al de nodige ruimte in beslag nam. Maar dat maakte niet uit, want de binnenmaten waren immens. Met alle banken omhoog bedroeg de ruimte 1.359 liter. Klaptje de derde bank naar beneden, dan had je 3.066 liter tot je beschikking. Nog steeds te weinig? Dan klap je de tweede bank neer. Resultaat: 4.672 liter. Je kon overigens naar keuze twee captain chairs voorin krijgen, of een derde bank. Deed je dat, dan kon je met 9 personen op stap.
De Ford Excursion was dankzij zijn eenvoudige wortels natuurlijk geen premium auto. Dat wil niet zeggen dat de auto niet compleet was. Zo was lederen bekleding standaard en kon de airconditioning in allerlei manieren worden ingesteld, zodat iedereen aan boord het behaaglijk had. Om toch nog enigszins het gevoel van ‘duur’ te geven, was de middenarmsteun (waar ze in Amsterdam een tweezits bank van maken) voorzien van een grote plank nephout. Als een middelvinger naar de gevestigde orde.
Eenzelfde type vinger kon je ook onder kap aantreffen. Uiteraard was de Excursion niet leverbaar met ‘downsize’-motoren. Bij de introductie waren er drie reusachtige motoren leverbaar. De instapper was een 5.4 Triton V8, goed voor 255 pk en 475 Nm. Een trapje daarboven stond een 6.8 liter grote V10 met 310 pk en 710 Nm aan koppel. Dat is een laag specifiek vermogen, maar zie het meer als een vrachtwagenmotor dan eentje voor een personenauto. Dat koppel was over bijna de gehele toerenrange beschikbaar. Wilde je meer koppel, dan was de dieselmotor een optie. De 7.3 grote Powerstroke V8 turbodiesel leverde 252 pk en 750 Nm.
Alle Excursions hadden dezelfde Ford 4R100 transmissie, een onverwoestbare automaat met koppelomvormer en vier verzetten. Halverwege 2003 werd de 7.3 V8 diesel vervangen door een 6-liter V8 met 4 kleppen per cilinder! Hypermodern naar Amerikaanse standaarden. Dit blok leverde vooral meer vermogen: 325 pk, terwijl het koppel van 760 Nm min of meer gelijk bleef. Deze diesel kreeg een vijftraps automaat. De V10 en latere diesel waren uiteraard het snelst. In iets meer dan 10 seconden zat je op de 100 met je Excursion. Vergeet niet dat zo’n Excursion zo’n 3.400 kilogram weegt.
Ondanks die ontiegelijk grote motoren en het buitensporige gewicht was de actieradius eigenlijk heel erg acceptabel. Meer dan 800 kilometer op een tank halen was geen enkel probleem. Dat had overigens meer te maken met de monsterachtige brandstoftank, die was namelijk 166 liter groot. Ondanks de verschillende motoren moet je geen illusies maken, ze zuipen allemaal godsgruwelijk veel. Als je heel erg je best deed, dan was 1 op 6 mogelijk, maar met een beetje vlot doorrijden was dat eenvoudig te halveren. Combineer je de V10 met grote haast, dan was 1 op 1 gewoon je deel.
Qua uitrustingniveau’s waren er diverse keuzes. Er was een Excursion XL, maar deze werd alleen geleverd aan bedrijven en overheidsinstellingen. Qua uitrusting waren ze erg sober. Een stapje hoger stond de XLT, wat dus eigenlijk de eenvoudigste variant was voor de particuliere koper. Voorlopig topmodel was de limited. In 2003 kwam er een nieuwe topversie bovenop, de Excursion ‘Eddie Bauer’ (afbeelding onder). De verschillen waren vooral cosmetisch van aard en qua uitrusting. In technisch opzicht zat er weinig verschil in.
Voor modeljaar 2005 word de Ford Excursion voorzien van een facelift. De eiersnijder-vormige grille werd vervangen door een grille met drie grote chromen spijlen. De gele knipperlichten werden vervangen door exemplaren in een witte, heldere behuizing. De bumpers waren eveneens afwijkend. De facelift bracht niet het gewenste effect, de verkopen liepen namelijk al jarenlang terug.
Het is ongelooflijk dat zelfs de Amerikanen een auto te groot vonden. Te veel van het goede. In het land van hamburgers van een halve kilo en liters Coca Cola voor de lunch, was de Ford Excursion te groot, te lomp en te zwaar. Het ging natuurlijk nergens over. De auto had geeneens concurrenten. Qua wegligging en verbruik kwamen een motorboot, vrachtwagen of luchtballon het dichtste in de buurt. De remweg was doodeng en draaicirkel was zo groot dat je in Nederland bij een redelijke rotonde drie keer moet steken. Aan het einde van 2005 werd de laatste Ford Excursion gebouwd. In zes jaar tijd zijn er 195.045 exemplaren van gebouwd.
Het is heel erg makkelijk om de Ford Excursion af te branden. Er is heel veel mis mee. Met name op het gebied van verfijning is er voldoende voor verbetering vatbaar. Het interieur was slecht afgewerkt met extreem goedkoop aanvoelende materialen. Ondanks dat brandstof niets kost in de VS, was het verbruik zelfs voor de gemiddelde Redneck iets te veel van het goede. Kortom, een bijzonder slechte auto. Maar dat is dus te makkelijk. Dat komt door de prijs. Ford verlangde (afhanbkelijk per uitvoering) er namelijk niet zo veel voor. De auto kostte in basistrim 34.135 dollar. De luxer uitgevoerde Limited was 41.915 dollar. Voor de context: een standaard 328i deed destijds 33.400 en met een beetje opties ging die met gemak over de 40 mille heen.
Dankzij die lage prijs staat de auto in een ander daglicht. Ja, de verfijning ontbrak, maar je had zeer veel ruimte. Alle passagiers konden daadwerkelijk hun bagage meenemen. Je kon er ook van alles achter hangen. Ford gaf zelf 4.500 kilogram op, maar de gemiddelde Excursion eigenaar kwam erachter dat dat vrij behoudende waarden waren. De motoren waren vrij eenvoudig qua opzet en dorstig, maar ook zeer betrouwbaar. Ze bleven maar doorgaan. De Excursion was gewoon een zeer functioneel werkpaard. Je kon de Excursion martelen, mishandelen en aftrappen, maar de auto gaf geen krimp. Het was eigenlijk de ideale auto als je 100% betrouwbaarheid wil. De auto was alleen te groot in het land waar auto’s niet groot genoeg kunnen zijn.
46 reacties
Dat de Excursion geen concurrent had is niet helemaal waar. Chevrolet heeft in de zelfde tijd de Suburban 2500 op de markt gehad. Dat was een Suburban op basis van de Silverado 2500, een concurent van de F-250. Het verschil tussen de Suburban 2500 en 1500 zat hem puur in de techniek, van de buitenkant zijn ze op het type plaatje na gelijk, ze waren dus ook niet groter dan het 1500 model. Chevrolet heeft het met de 3/4 ton SUV ook wat langer volgehouden dan Ford. Chevrolet heeft tot 2016 Suburban 2500’s gebouwd voor overheidsinstanties. Chevrolet heeft er zelfs nog een schepje bovenop gedaan en heeft one-Ton Suburban’s gebouwd op basis van de Silverado 3500 (concurrent van de F-350). Het grote voordeel van deze zwaarder uitgevoerde SUV’s is dat ze zonder veel technische aanpassingen gepantserd kunnen worden.
De vraag naar dit type voertuig is er nog steeds. Ik weet van een Amerikaans bedrijf die Suburbans en Tahoe’s ombouwt naar 2500 varianten door ze op het chassis van een Silverado te bouwen. Zij doen dat overigens voor iedereen particulier, overheid of bedrijf. Maar de prijzen zijn vrij hoog.
Maar als je dan met 6 man naar Italië rijdt, waarbij zowel de passagiers als de bagage alle ruimte en comfort hebben die ze wensen. Je hoort de 7.4 V8 heerlijk grommen als je een berg op rijdt. Dan weet je weer waarom je voor deze auto gekozen hebt. Een verbruik van 1 op 3,5 (als je niet te gek doet) en een mrb van €2250,- p.jr. (Op benzine uiteraard, gas is om te koken) neem je dan op de koop toe.
I love my big block Suburban!
Het is echt een lobbes, vooral de versie zonder de verchroomde grille.
Mijns inziens de auto equivalent van de Duitse Dog. Groot en imposant, maar niet agressief of intimiderend overkomend. Al Kun je er wel even van schrikken als zo’n gevaarte ineens achter je staat.
Het interieur past er dan toch precies bij, veul volk, veul meuk én een Duitse Dog vervoeren tegen een lage prijs. Zo’n apparaat koop je niet voor de sier.
Ach, en wat rijeigenschappen betreft; ik verwacht dat er heel weinig mensen zijn die met racehandschoenen achter het stuur van dit bakbeest stappen, dus wat maakt het uit.
Hoewel ik van kleine auto’s houdt kan ik een kolos zonder enige pretenties, zoals deze Ford Excursion, wel waarderen!
65 tons of American Pride!
Canyonero! Canyonero!
Iedereen rijdt daar overigens in een gigantische Pick Up, de F150 is de best verkochte…..dus de tijd van grote Amerikanen is nog lang niet voorbij
https://www.cars.com/vehicledetail/detail/740743453/overview/
https://www.cars.com/vehicledetail/detail/737196136/overview/
We zochten een goedkope om spullen mee te vervoeren enz. Geen omgebouwd piratenschip.
En dan het verbruik! Het viel me al ontzettend mee hoe ver we konden rijden op een tank, dus ik dacht dat het ding verbazend zuinig was. Tot we gingen tanken en ik letterlijk, maar dan ook echt letterlijk onder de camper heb gekeken of er geen benzine uitliep. Ik kon niet geloven dat er zoveel in ging!