Trackguide: dit moet je weten over Suzuka

Wat is zo’n circuit plat hè, van bovenaf?

Hij staat weer op de kalender: de race op het prachtige circuit van Suzuka te Japan. We kunnen het niet vaak genoeg benadrukken, maar de omloop is ooit ontworpen door de Nederlander Hans Hugenholtz. Het circuit is van origine een testcircuit van Honda, maar sinds jaar en dag wordt er zowel door auto’s als door motoren op geracet. En hard ook.

Van de 18 bochten worden er namelijk 11 met een snelheid van rond de 200 km/u genomen. Da’s fors. Verder leuk om te vermelden is het feit dat Max Verstappen hier vorig jaar zijn allereerste echte Formule 1-kilometers tijdens een Grand Prix-weekend reed, waarmee hij de jongste debutant ooit in de koningsklasse van de autosport werd.

Verder stond Suzuka vaak als één van de laatste raceweekends op de kalender, wat maakt dat er veel spannende races zijn verreden waarin veel op het spel stond. Michael Schumacher was op deze baan het succesvolst. De Duitser won tijdens zijn omvangrijke carrière maar liefst zes keer op dit circuit.

Op het rechte stuk wordt een snelheid behaald van boven de 305 km/u. Schumacher zag hier zijn titelkansen in 1998 letterlijk de lucht in gaan, toen hij in volle vaart een klapband kreeg. Ik vond het serieus verschrikkelijk, als kleine Schumi-fan. Nadat de Goodyear-band de lucht in ging heb ik de tv uitgezet en ben ik boos weer in slaap gevallen. De bijbehorende video zult u zelf moeten zoeken, ik kan er niet meer naar kijken.

First turn

Kennelijk ontbrak het aan inspiratie bij het geven van namen aan de bochten, want de twee knikken na het rechte stuk staan bekend als ‘first turn’. De eerste van de twee wordt al remmend genomen en is vrij rap. Hier roste Ayrton Senna collega Alain Prost van de baan in 1990 (video). De Braziliaan ging mooi met het kampioenschap aan de haal. De tweede bocht is een stukje trager.

Esses

Een bochtenserie om tureluurs van te worden. Links-rechts-links-rechts-links, zo kunnen we het nog het beste omschrijven. De gemiddelde snelheid ligt op dit stuk al gauw rond de 200 km/u. Geen sectie voor kleine jongens dus.

Dunlop Curve

In deze snelle linkerbocht (220 km/u) raakte Formule 1-coureur Jules Bianchi vorig jaar zwaargewond, nadat hij in de stromende regen van het asfalt glibberde en vol op een takelauto botste. De Fransman raakte in coma en zou niet meer ontwaken. Voor wie de behoefte voelt: de beelden vind je hier.

Degner Curve en Degner 2

De eerste is een beetje een gek hoekig knikje rechtsaf. De coureurs duiken er al remmend in voor de daarop volgende bocht, die met een snelheid rond de 130 km/u eveneens rechtsaf gaat. Vlak hierna gaan de coureurs onder de fly-over door, altijd een bijzonder gezicht.

Hairpin

Een weinig interessante haarspeldbocht die met lage snelheid wordt genomen. Wel apart is dat niet alle coureurs hier dezelfde lijnen rijden, maar dat was het dan ook.

200R en Spoon

De coureurs bereiken nu het snellere deel van het circuit, via de volgas 200R die rechtsaf gaat. Op het hoogtepunt gaat een F1-auto op dit punt zo’n 290 km/u, waarna flink moet worden afgeremd voor de eerste linkerknik (190 km/u) van de combinatie die bekendstaat als Spoon. De tweede bocht die naar deze naam luistert is een tikkie trager met zo’n 145 km/u. Een goede exit is zeer belangrijk vanwege het lange rechte stuk dat volgt.

130R

Toch wel het absolute toetje van Suzuka, deze lompsnelle linker die tegenwoordig ruim over de 300 km/u volgas wordt genomen. Nog niet eens zo lang geleden waren de auto’s aerodynamisch gezien stukken minder geavanceerd en werd voor deze bocht nog kort geremd. Inhalen is mogelijk, zo bewees Fernando Alonso (filmpje).

Ongelukken zitten zoals je waarschijnlijk al verwachtte in een klein hoekje. Allan McNish perste zijn Toyota letterlijk dóór de vangrail heen. Freaky shit (filmpje).

Casino Triangle

De allerlaatste bochten van het circuit. Inhalen is mogelijk, mits de coureurs elkaar met het nodige respect behandelen. In 1989 -de bocht is sindsdien iets gewijzigd- ging het hier volledig mis tussen kemphanen Alain Prost en Ayrton Senna. Prost zat aan de buitenkant en zag Senna binnendoor komen. Toch stuurde de Fransman in, daarmee zijn eigen race beëindigend (filmpje). Senna reed door en kroonde zichzelf al tot kampioen, tot hij door de toenmalige FIA-baas (en maatje van Prost) Balèstre werd gediskwalificeerd. Je ziet: politiek in de F1 is van alle tijden. Senna zou zich het jaar erop revancheren door Prost vlak na de start letterlijk het asfalt af te rossen (zie onder “First Curve”). Genieten geblazen.

Kleine sidenote: in 2003 was het de veelbelovende Japanse MotoGP-coureur Daijiro Kato die vlak voor de Casino Triangle hard crashte en ter plekke overleed.

Na de chicane is het volgas rechtsaf en zit het rondje Suzuka er weer op. Zondag aanstaande zal de race om 07:00 Nederlandse tijd van start gaan.