Tegenwoordig heeft zo’n beetje elke auto minimaal één turbo. Maar wat was eigenlijk de eerste productieauto met een turbo?
De turbo, sinds de downsize-trend die zich circa tien jaar geleden inzette is ‘ie weer helemaal hip. Het idee van zo’n stofzuiger is tegenwoordig vooral dat ‘ie motoren zuiniger maakt. Bij een lage belasting rijd je gewoon rond met een relatief kleine, zuinige motor. Indien noodzakelijk ‘springt de turbo bij’ om je de newtonmeters en paardekrachten te bieden waar je zonder slakkenhuis een grotere motor voor nodig hebt. Dat is een beetje te simpel uitgelegd ongeveer het idee.
Het idee achter de turbo is overigens allerminst nieuw. Sterker nog: het is bijna net zo oud als de auto zelf. Gottlieb Daimler himself vroeg in 1885 al een patent aan op een pomp die lucht comprimeerde om die vervolgens in de verbrandingskamer van een motor te jagen. Gecomprimeerde lucht bevat uiteraard meer zuurstof per volume-eenheid. Dus kan er bij elke ontbranding meer brandstof omgezet worden in wat Jeremy Clarkson zou omschrijven als powaaaaaaaah.
Het duurde echter nog twintig jaar voordat de Zwitser Alfred Büchi het patent aanvroeg op iets wat echt lijkt op de ’turbo’ zoals we die nu nog kennen. Büchi werkte destijds voor Gebrüder Sulzer, een (miljarden)bedrijf dat nu nog bestaat onder de naam Sulzer AG. Nog weer tien jaar later had Büchi zijn eerste prototype klaar voor tests. Aanvankelijk werd zijn vinding gebruikt voor vliegtuigmotoren. Een logische keuze, daar deze op grote hoogte vaak te kampen hebben met ijle lucht. Compressie van die lucht zou dus het vermogensverlies die dit oplevert kunnen counteren. Helaas bleek het prototype onbetrouwbaar.
Andere partijen waren nu ook bezig met de ontwikkeling van de turbo, onder andere in ‘Murica. Daar toonde Sanford Alexander Moss aan dat de turbo vermogensverlies op hoogte kan compenseren met een geblazen V12 op -jawel- de bekende Pikes Peak. Toch was het man van het eerste uur Büchi die de eerste commerciële toepassing van zijn vinding voor elkaar bokste. Dit betroffen geblazen tiencilinder diesels die het Duitse ministerie van Transport in 1925 kocht voor twee schepen, te weten de Preussen en de Hansestadt Danzig. De output van de motoren steeg door de toepassing van de turbo van zo’n 1.750 pk naar 2.500 pk. In de jaren die volgden werden turbo’s gemeengoed op motoren voor boten, vliegtuigen en andersoortige indrukwekkende machines.
Maar, hoe zat het dan met eerste auto die een turbo onder de kap kreeg? Velen denken dat dit de eerste Porsche 911 Turbo is, of de BMW 2002tii. Wij Europeanen zijn immers van de verfijnde techniek en Amerikanen van de domme kracht. Maar, mocht je dit denken heb je het enorm mis. Al zo’n tien jaar eerder had General Motors namelijk maar liefst twee geblazen bleppers in de aanbieding.
Volgens sommigen was de Chevrolet Corvair Monza Spyder Turbo de allereerste. Anderen geven de eer aan de Oldsmobile Cutlass (F85) die met turbo de epische naam Jetfire meekreeg. Auto’s namen geven kunnen ze zoals bekend als geen ander in Amerika. Feitelijk kwamen de auto’s ongeveer gelijk op de markt. Geen wonder, want de impetus om ze te maken was ook hetzelfde. GM voelde de hete adem van kleine zuinige Europese auto’s in de nek.
De downsizing gebeurde echter wel in Amerikaanse stijl. De Corvair had een Porscheësque zescilinder boxer in het achteronder, waardoor hij volgens Ralph Nader unsafe at any speed werd. De Jetfire had zelfs alsnog een dikke V8 in het vooronder. Het enige was dat deze met een inhoud van 3.5 liter wat kleiner was dan de meeste Amerikaanse V8-en. Met 215 pk leverde de Turbo Rocket genoemde achtpitter alsnog 60 pk meer dan het basismodel.
De Jetfire had echter twee probleempjes. Ten eerste waren de vering, ophanging en remmen naar goed Amerikaans gebruik niet aangepast op het extra vermogen. Ten tweede moesten eigenaren behalve de benzinetank ook een extra tankje bijvullen. Hier moest namelijk de -jawel- turbo rocket fluid ingegoten worden. Dit goedje bestond uit een mix van methanol en water en was bedoeld om het inlaatsysteem te koelen teneinde engine knock tegen te gaan. Engine knock treedt op als de mix van brandstof en lucht ontploft voordat de bougies een vonkje afgeven.
Zoals je begrijpt, hadden eigenaren niet de zin of niet het benul om dit tankje bij te vullen. Velen van hen stonden dus ook enige tijd na aankopen bij de dealer om te klagen over vermogensverlies en andere klachten over de motor. Uiteindelijk ging Oldsmobile zelfs zo ver om het moderne systeem voor klanten te vervangen met ouderwetse carburateurs. En zo stierf de turbo bij GM tijdelijk een stille dood. Tsja, alle begin is moeilijk…
Robert zegt
Geinig, destijds noodzakelijk, maar tegenwoordig is zo’n water-methanol injectiesysteem vooral bekend uit de tuning scene.
basman147 zegt
Toen was het ook al bekende techniek, het werd vooral door Duitsland al in WW2 gebruikt voor vliegtuigmotoren, onder de naam MW50.
Nog steeds zijn merken op zoek naar methodes voor water-injectie. Paar jaar terug zag ik een patent van BMW waarbij ze het afvalwater van de airco wilden gebruiken. Helaas niets meer van gehoord?
560pk zegt
@basman147: gerucht van waterinjectie bij BMW M3/4 is er al een tijdje. Er zijn al een aantal prototypes gemaakt, en volgens mij ook al ingezet als safety cars voor de Moto GP.
Problemen blijven natuurlijk de extra watertank (die gevuld moet worden) en: water in je cilinders is iets dat je normaal gesproken echt niet wilt, dus dosering luistert héél nauw, zeker bij lage belasting. Bij hoge belasting werkt extra brandstof inspuiten ter koeling net zo goed, zonder de nadelen van waterinspuiting.
basman147 zegt
De M4 GTS had het al, maar die moest idd worden bijgevuld. Het patent ging over een systeem waarbij dat niet meer zou hoeven. Andere systemen wilden water uit de uitlaat ” oogsten”.
Brandstof is niet heel geschikt om te koelen, water is vele malen effectiever daarvoor, vandaar dat er nog steeds aan gewerkt wordt.
mpgc zegt
@basman147: op de Ford Sierra Cosworth 500 en de eerste serie van de Escort Cosworth zaten op de productieauto’s al voorbereiding voor waterinjectie. Waren homologatiespecials. In de raceversies werd het gebruikt.
deSjonnies zegt
-edit: dank u, is inmiddels gefixt-
kniesoor zegt
-edit: dank u, is inmiddels gefixt-
E34M5Touring zegt
Hier in t dorp rijdt zo’n Monza Spyder Turbo. Supergaaf ding en tof geluid!
z3cabby zegt
Interessant artikel, Jaap. Thanks!
deSjonnies zegt
Corvair is gewoon het allergrootste miskende talent ooit.
Aluminium luchtgekoelde 6 cilinder boxer.
Kapot gemaakt door GM zelf en Ralph Nader.
Maar dankzij het design van de Corvair is het wel de wagen die de designtaal heeft veranderd.
elemento zegt
Meest succesvol eerste gebruik turbo was d8 ik op saab99
elemento zegt
Toevoeging. Chevrolet productie is wel 1964. Saab 1977
frank2b zegt
Die commercial is een knaller!
Ik kom écht niet meer bij!
realhustler zegt
Daarom is het zo jammer dat diesel passé is. Een turbo op een benzine motor resulteert al heel snel in te vroege ontbranding, dus de turbo druk moet beperkt blijven of de compressieverhouding moet lager worden.
Bij een diesel is dat gevaar veel minder en kan je dus veel hogere turbodrukken gebruiken en neemt de efficientie van de turbo (zowel technisch als financieel) veel meer toe.
Mijn 100 pk 1 liter 3 cilinder turbo benzine rijdt niet verkeerd maar je merkt dat de computer constant aan het regelen is, vooral op de cruise control bij wat hogere snelheden. Mijn vorige turbo diesel (1.6, ook zoiets 100 pk) had dat totaal niet. Je drukt de cc in en hij tokkelt gemoedelijk verder.
tjorque zegt
Een moderne turbo benzine met directe injectie heeft dat probleem toch niet?
Dat is toch gewoon een “dieselmotor” met lagere compressie en een bougie erbij?
Of ben ik nu wat kort door de bocht?
Ik vind iig dat mijn tsi 1.4 in vergelijking met een atmosferische 1.6 geweldig veel beter rijdt. En dat je daarbij ook de voordelen van een 1.6 turbo diesel hebt, zonder de diesel walmen
e38ossie zegt
De 2002 tii had geen turbo, maar Kugelfischer injectie. Dat was de BMW 2002 turbo.