Was de Peugeot 205 GTI nu echt zo goed? Of zijn we een auto die al jarenlang uit productie is (en aan geen enkele eis meer voldoet) onterecht aan het verheerlijken? Je werd meer betrokken bij het rijden, het overzicht was dankzij de dunnen stijlen veel beter en het gewicht was veel lager omdat er simpelweg minder auto was. Maar geldt dat niet voor alle auto’s? Eigenlijk hebben alle opvolgers van de 205 GTI enorm gefaald. Geen enkele keer haalde een opvolger het niveau van de 205 GTI.
Aanvankelijk wilde Peugeot er ook niet aan beginnen. Niet zozeer een 205 GTI in het specifiek, maar een 205 opvolger in het bijzonder. De 205 werd geïntroduceerd in 1983. Deze auto was de grote redder voor het noodlijdende Peugeot en haalde het merk weer uit het slop. Sterker nog, de 205 gaf het merk nieuw cachet. Omdat de 205 zó succesvol was, had Peugeot het glorieuze idee om de 205 te voorzien van niet één maar twee opvolgers: de kleinere 106 en de grotere 306. Klanten die een basic-205 hadden konden kiezen voor de 106 en de klanten met een luxe 205 konden overstappen naar de 306. Peugeot hield de 205 voor de zekerheid nog even in productie. Ten eerste om de transitie goed te laten verlopen, ten tweede omdat er nog voldoende animo was voor de auto. Tot 1998 deed de 205 in Generation-uitvoering het niet onverdienstelijk.
Aan het einde van 1998 kreeg de 205 dan eindelijk een langverwachte opvolger, de 206. Het is een van de weinige Peugeots waar geen Citroen -versie van was. De 206 stond dan ook op zijn eigen unieke bodemplaat. Pininfarina was verantwoordelijk voor het originele ontwerp. Het was een zeer charmant gelijnde en elegant geproportioneerde hatchback met naar keuze drie of vijf deuren. De driehoekige C-stijl was een hoedtik naar die van de 205. De dubbele luchtroosters moeten wel een eerbetoon zijn aan Patrick LeQuement, die eenzelfde decoratie tooide op de motorkap van de Renault Twingo.
Aanvankelijk was er keuze uit een beperkt aantal motoren die allen behoorlijk op leeftijd waren. Ondanks dat de meeste Japanse concurrenten al tien jaar lang louter zestienkleppers in de aanbieding hadden, was de 206 leverbaar met alleen achtkleppers: 1.1 (60 pk), 1.4 (75 pk) en 1.6 (90 pk) en een 1.9 diesel. Gelukkig kwam daar in het begin van de lente in 1999 verandering in met de 206 GTi. Qua motor deed deze er een flinke schep bovenop. De motor leverde 136 pk (bij 6.000 toeren) en 190 Nm dat vrijkwam bij 4.000 toeren. Het was gewoon de EW10 J4 motor die je ook kon vinden in de 406, 605 en 806. Prestatiecijfers van auto’s uit de jaren ’90 zijn een beetje misleidend. Want de officiële cijfers zeggen dat de 206 GTI in 8,6 seconden naar de 100 sprintte en een topsnelheid van 210 km/u kon halen.
Maar dat is slechts een gedeelte van het verhaal. In tegenstelling tot een even sterke 1.2 Turbo driecilinder downsize motor had de 2.0 er altijd zin in. Vanuit elk toerental pakte de motor soepel en zonder morren op. Met name met het uitaccelereren was het geweldig. Je tokkelt met het verkeer mee, maar je wil die 316d van de buurman even lossen. Mits je de motor een klein beetje op toeren hebt, reageert de motor vliegensvlug en gaat de 206 ervandoor. Geen bedenkingen, geen trage reactie en vooral geen turbogat.
Peugeot deed ook mee aan het WRC met de 206. Naar alle waarschijnlijkheid is het de fraaiste rally-auto ooit gemaakt. De bodykit met mega-spoilers, de 5-spaaks OZ-velgen en de fraaie kleurstelling (alhoewel de introductiekleur saai grijs was): al snel bereikte de 206 WRC een iconische status. Om mee te mogen doen met het WRC moest Peugeot ook 4.000 straatuitvoeringen maken ter homologatie. Peugeot was zeer secuur met het interpreteren van de reglementen en kwam met de 206 GT (Grande Tourisme). Deze auto had gigantische bumpers aan zowel de voor- als achterkant. De reden hierachter was simpel: ee WRC auto moest minimaal 4 meter zijn, terwijl de standaard 206 GTI 3,82 meter lang was, de 206 GT was 4,01 meter.
De 206 GT liep overigens geen streep harder dan de GTI, integendeel. De GT had een 2 km/u lagere topsnelheid en ging in 0,6 seconden trager naar de 0-100 km/u. Dit moet wel een van de sloomste homologatiespecials aller tijden zijn geweest. De 206 GT was aanzienlijk duurder, maar daar kreeg je wel een luxere auto voor terug. Alle opties die je op de GTI kon krijgen laten op de 206 GT. De 206 GT stond op 16” “Ouragan” velgen. Let goed op dat je niet te maken hebt met een imitatie. De bumperkit kon namelijk gewoon bij de dealer besteld worden en alle opties konden ook op een GTI besteld worden. Je kan een 206 GT herkennen aan een plakkaat op de B-stijl.
Gaandeweg nam de 206 GTI wat items over van de GT. Denk aan die 16” velgen, meegespoten bumpers en stootstrips, airconditioning, radio CD-speler met bediening aan het stuurwiel en een regensensor. Dat soort zaken zijn tegenwoordig gemeengoed, maar 20 jaar geleden waren het vrij zeldzame opties op een B-segment hatchback. In 2001 toont Peugeot een extra sportieve variant van de 206, maar niet zoals je het zou verwachten. De 206 SW is namelijk een stationwagon op basis van de 206. Een beetje een vreemde eend in de bijt. Het is niet zozeer de carrosserievorm die opzien baart, dan wel de aandrijflijn. Wederom een twee liter viercilinder, maar de EW10j4S onderscheid zich met andere in- en uitlaatspruitstukken en variabele kleptiming. De combinatie SW met deze motor zal uiteindelijk niet het levenslicht zien, maar de 206 SW komt wel op de markt. De snelste uitvoering is de 206 SW GTI met 136 pk.
Aan het einde van 2002 laat Peugeot dan eindelijk een absolute topversie van de 206 aan de wereld zien. Met het ‘RC’-label wil Peugeot modellen boven de GTI’s positioneren. De 206 RC heeft de motor van de 206 SW Concept onder de kap, dus een 177 pk sterke tweeliter motor. Let wel: nog altijd atmosferisch. Qua uiterlijk is de 206 RC subtiel dikker. De RC heeft standaard een achterspoiler en 17” ‘Atlantis’-velgen. Meest opvallende detail zijn de twee dikke uitlaten aan de achterzijde.
In het interieur waren de verschillen groter. De 206 GTI kreeg nog weleens de kritiek dat het gewoon een snelle 206 XS was en ergens was die kritiek ook wel terecht. De ambiance aan boord van de 206 RC was een stuk sportiever. Het meest opvallende waren de enorme sportkuipen. Hierdoor was de beenruimte achterin bijna niet bestaand, maar ze zaten een stuk beter dan de standaard sportstoelen van de XS/GTI. Ze waren bekleed met fraai alcantara. Ook fraai: de overkapping van de tellerwinkel was voorzien van leder. Lekker premium!
De 206 RC kwam in 2003 op de markt, bijna gelijktijdig met de facelift van de reguliere 206. Sterker nog, bij de introductie van de 206 RC betrof het een pre-facelift model, maar bij de dealers stonden vrijwel alleen postfacelift-modellen. De verschillen zijn niet heel erg groot. De grille was nu een honingraat-grille en de achterlichten leken op die van de 307 (de indeling van de lampenwinkel, althans).
De Peugeot 206 RC heeft de pech gehad dat Renault Sport op dat moment net op zijn hoogtepunt was met de Clio Renault Sport 172 & 182. Qua onderstel en motor was de Clio gewoon beter. Dat was ook de reden waarom de meesten kozen voor de hardcore Clio RS’modellen. Daarmee deden we de 206 RC wel tekort. De ambiance aan boord was bij de 206 RC beter voor elkaar, je had echt het gevoel in iets bijzonders te zitten. Natuurlijk, het was gewoon een 206-je, maar ze hadden hun best gedaan.
Qua rijkwaliteiten was de 206 RC de mindere in vergelijking met de Clio Renault Sport 182, maar de rijbeleving was er zeker niet minder op. Nog meer dan de Clio voelde de 206 RC aan als een old-school Hot Hatch. Je moest nog echt werken om alle snelheid eruit te halen, in vergelijking met de 206 GTI had de RC een minder dociel karakter. Maar juist het feit dat je je best moest doen, gaf een gevoel van voldoening. Ondanks dat ook hier de prestaties op papier niet veel voorstellen (0-100 km/u in 7,5 seconden en een top van 220 km/u), voelde de auto erg snel aan.
Voor wie behoefte had aan uiterlijk vertoon, kwamen er in 2004 de WRC Edition 1 en de WRC Edition 2. Je kan deze vrij eenvoudig herkennen. De auto was getooid met de zelfde stickers als de 206 WRC van Marcus Gronholm. De 206 RC WRC Editions werden alleen in Duitsland verkocht in een gelimiteerde oplage van 100 stuks per kleurstelling. Ondanks dat Peugeot de dezelfde specificaties opgaf voor de WRC Editions, weten we allemaal dat een auto met stickers veel harder gaat dan eentje zonder.
Aan het einde van 2005 werd de 206 uit het leveringsprogramma gehaald. De 206 RC mocht het nog een paar maanden langer uitzingen. Vrij stilletjes verdwenen beide sportieve 206’jes van de markt en eigenlijk heeft niemand er een traan om gelaten. Achteraf gezien is het natuurlijk heel erg zonde. De 206 RC werd uiteindelijk opgevolgd door de 207 RC, maar dat was een compleet andere auto. Er zijn twee gigantisch belangrijke verschillen. De 206 RC woog nog geen 1.100 kilogram en had een nerveuze en overlapte atmosferische tweeliter motor.
De 207 RC was meer an 1.300 kilogram zwaar en had een 1.6 turbomotor die weliswaar efficiënter was, maar minder direct qua reacties op het gaspedaal. De 206 RC is daarmee een soort vergeten held. Op papier en in ‘het blik’ is het een zeer vermakelijke en knappe auto. Het is zo’n typische hot hatch zoals alleen de Fransen hem lijken te kunnen maken. In principe voldoet de 206 RC aan alle eisen, het is echter wel de nummer 2 achter de Clio Renault Sport. Dat heeft wel zijn voordelen, want voor een appel en een ei heb je een auto die zich qua sensaties prima kan meten met de originele 205 GTI. We zijn het alleen massaal vergeten.
Meer lezen? Deze 12 rappe Peugeots zijn jullie massaal vergeten.
65 reacties
-edit: dank u! is inmiddels gefixt.-
Verder weer vermakelijk leesvoer op de zaterdagavond, de RC is precies op alle vlakken beter dan de GTI.
-edit: is inmiddels gefixt, dank u!-
er was wel een Citroën versie van de 206. De Chinese C2, al kwam die veel later en niet hier, dus je hebt voor Europa wel gelijk. Bovendien wil ik hem ook vergeten, plaatje hieronder openen op eigen risico.
https://www.autozine.nl/cache/nieuws/1024/6100_1.jpg
Lijkt me wel een leuk speeltje om te hebben. Jammer genoeg heb ik geen plaats in de garage om een verzameling aan te leggen van “de willeme’s vergeten pareltjes” 😒
Heeft er zelfs eentje die 230pk heeft, dat ding gaat niet kapot.
Qua design zowat hetzelfde maar de challengers hebben een losse naafkap en de Atlantis velgen niet.
Vooral in het blauw vind ik het nog steeds een fraaie hot-hatch om te zien. En met een motor die niet kapot kan.
Sowieso vind ik de 206 een fraaie tijdloze auto.
Dat weet ik zeker, de atlantis velgen en challengers zien hetzelfde uit, alleen zijn de atlantis velgen uit 1 stuk en het peugeot logo op de velg.
Bij de challengers zitten de peugeot logo’s op afneembare naafkapjes. En de ET waarde is anders.
Is een vergissing die vaak wordt gemaakt.
De challengers zijn geleverd op de 307.
Design, op details nét even anders. Thanks, weer wat geleerd ;-).
Over de 206 denk ik krek hetzelfde, hoe kun je in ’s hemelsnaam zoiets lichvoetigs, capabel, charmant en toch stoer als een 205 laten opvolgen door zo een grobbenkuiken!
Sta ik weer voor joker!
Maar goed dat VW hun interieurs nu bij PSA haalt hè….
De gewone GTI had niet een super stabiele wegligging. Een Autobahn bocht op snelheid nemen was best een beetje tricky.
In de RC zat een steviger achteras die op hogere snelheid, of hogere belasting veel voorspeldbaarder reageerde. Ik geloof dat het tenslotte dezelfde was die onder de SW zat.
Daarmee was de RC een heel leuke gooi en smijt auto, wat ik met de gewone GTI nooit echt goed durfde.
Ik ken lui met Duitse en Japanse ellende bakken….